Biografe Mieke Koenen over Je lied wordt gehoord. Jeroen Willems, acteur en zanger

Veelzijdig, perfectionistisch, ambitieus, gedreven. Al deze kwalificaties zijn van toepassing op acteur Jeroen Willems (1962-2012). Een alleskunner, die stierf in de bloei van zijn leven, nadat hij op het toneel in theater Carré onwel was geworden. In Je lied wordt gehoord, beschrijft auteur Mieke Koenen het korte maar intense leven van Willems maar bovenal zijn grote talent, enorme werkdrift en vakmanschap.

De eerste keer dat Koenen een voorstelling van Willems zag, was ze verkocht. Ze kende de familie goed, was tijdens de lagere schooltijd bevriend met zijn zusje maar omdat Jeroen een paar jaar ouder was, had ze met hem nauwelijks contact. Toen hij zich na de toneelschool aansloot bij het theatergezelschap Hollandia vroeg haar voormalige leraar Grieks of ze eens mee ging naar een theatervoorstelling waarin hun voormalige dorpsgenoot  meespeelde. Die voorstelling maakte een onuitwisbare indruk.

© Koos Breukel

Het gezelschap Hollandia, in 1985 opgericht door regisseur Johan Simons en theatermaker en muzikant Paul Koek, speelde baanbrekende voorstellingen in oude loodsen, een vliegtuighangar, een autosloperij, allemaal plekken ver van de grote stad. ,,Het was een hele bijzondere groep jonge talenten, net afgestudeerd aan de Toneelschool Maastricht. Simons gaf daar les en ik denk dat hij daar een neus voor had. Het was de combinatie van Jeroen’s manier van acteren en die bijzondere locatie, die me zo is bijgebleven. Ik heb daarna meer Hollandia-voorstellingen bezocht. Alles deed mee: de omgeving, de geur die er  vaak nog hing, de kou, het was een expeditie op zich. Als je eenmaal op de plaats van bestemming aankwam, bevond je je al in een andere wereld. Het deed me op de een of andere manier denken aan de scouting waar ik als kind op zat, dat pionieren om er te komen.’’

Die Toneelschool Maastricht is belangrijk geweest voor Willems al begon zijn carrière al eerder, op plaatselijk niveau. De acteur kwam uit een artistiek nest. ,,Zijn moeder, die logopediste was, deed aan amateurtoneel, was voordrachtskunstenares en leidde een zangkoortje waar ik ook op heb gezeten. Zijn vader was leraar drama op de middelbare school. Alle kinderen bespeelden muziekinstrumenten en bij festiviteiten in de kerk deed de familie actief mee. In Welten, het dorpje bij Heerlen waar wij woonden, was het gezin beroemd, een beetje zoals de familie Von Trapp uit de Sound of Music.’’

Aan die befaamde Toneelschool Maastricht, wijdde Koenen twee hoofdstukken. ,,Het is een hele degelijke, ambachtelijke opleiding, waar de technische kant van het vak in alle aspecten aan bod komt. Daarnaast is er veel aandacht voor het woord, voor interpretatie van teksten en ook muziek en zang. Veelzijdig en grondig.’’ In de periode dat Willems de toneelschool bezocht, werd die als niet meer van deze tijd beschouwd. Het was een periode waarin persoonlijke ontplooiing en eigen inbreng om voorrang vochten. ,,Vrijheid, blijheid was het credo. De methode Maastricht gold indertijd als achterhaald maar wordt inmiddels algemeen erkend. Actrice Betty Schuurman omschreef de opleiding als volgt: ‘We werden getraind als een soort soldaten’. Koenen weet uit eigen ervaring, ze is classica, hoe belangrijk een gedegen vakopleiding is. ,,Al heb je nog zoveel talent, je kunt niet op een podium gaan staan en maar wat doen. Hollandia was voor zijn verdere ontwikkeling heel belangrijk. Daarnaast bezat Jeroen het vermogen om keihard te werken.’’

Pap, ik heb een kalf

Waar kwam die enorme werkdrift vandaan? Koenen denkt dat het te maken had met het verlies van zijn vader, toen Jeroen 15 jaar was. ,,Daar heeft hij toch wel depressies en angsten aan over gehouden. Dat verlies zie ik toch als een constante in zijn leven, het was alsof hij zijn vader op zijn rug met zich meedroeg. Toen hij een Gouden Kalf kreeg, notabene voor een misdaadfilm Cop vs Killer, stak hij de trofee in de lucht en zei: ‘pap, ik heb een kalf. En het wordt tijd dat je weer eens terug komt, je bent nu lang genoeg dood.’

Zijn moeder vertelde mij dat als hij te veel verdriet had, hij in de voliere in de tuin ging zitten. Dat zegt zoveel zo’n beeld. Ik denk dat het hem getekend heeft, maar ook voortgedreven in positieve zin. Er zat een gat van gemis en verdriet, dat hij nooit heeft kunnen vullen. In de laatste jaren van zijn leven gaf hij in interviews vaak aan dat het harde werken hem weleens zou kunnen opbreken. Dat een burn-out op de loer lag. Toch ging hij gewoon door, dat was gewoon eng om te zien.’’ Achterin het boek is een overzicht te vinden van wat Willems  allemaal gedaan heeft. ,,Ik kreeg het er benauwd van. Vanaf een bepaald moment kwam daar ook het buitenland bij. Iedere keer weer het vliegtuig in, die hotels, het was van een eenzaamheid die ik soms beangstigend vond.’’

Geen gossip journalist

Zijn vak en zijn vakmanschap voeren in het boek de boventoon. ,,Dat was het belangrijkste segment in zijn leven.’’ Wie sappige details uit zijn privéleven verwacht, komt van een koude kermis thuis. ,,Dat privéleven zit er natuurlijk wel in maar alleen de zaken die ík wezenlijk vind, zoals de dood van zijn vader, het worstelen met zijn homoseksualiteit, die enorme blijdschap toen hij zijn grote liefde Marcel (Musters) had gevonden en ook het enorme verdriet toen de relatie na veertien jaar over was. Jeroen was bijna ziek van ellende. Toen ging het slecht met hem en is hij in een enorme depressie beland. Dat heb ik natuurlijk niet weggelaten. Uit die tijd stammen ook allemaal roddels, dat hij het nachtleven in dook maar dat vind ik eigenlijk niet zo boeiend. Ik ben geen gossip journalist, zoals Henk van der Meyden dat was.’’ Ook Willems zelf was in interviews zwijgzaam over zijn privéleven. ,,Ik vond het belangrijk om dat te respecteren, ook omdat ik het zelf niet prettig vind.  Voor je het weet ben je bezig met sensatiejournalistiek.’’ Bij lezingen over Ida Gerhardt overkwam het Koenen regelmatig dat er na afloop iemand vroeg: had ze nou wel of geen seksuele relatie? ,,Dan dacht ik, sta ik me hier uit te sloven en is dat dan het enige wat jullie willen weten?’’    

Jeroen Willems na een optreden op de Uitmarkt in Amsterdam, 2012 © Brian op de Dijk (CC BY-SA 3.0) (atr. 38)

Begenadigd acteur

Wat maakte hem zo’n begenadigd acteur? ,,Als auteur probeer je daar toch enigszins je vinger achter te krijgen. Ik denk dat hij heel bewust zo acteerde, dat er meerdere interpretaties mogelijk waren. Dat maakte hem ook ongrijpbaar. Ik vond het altijd heel mooi dat je niet iets opgelegd kreeg,  je kreeg juist van alles aangereikt. Jeroen was enorm getalenteerd en tegelijkertijd perfectionistisch. Hij probeerde van zijn rollen iedere avond weer iets anders te maken, iets nieuws uit te proberen en te reageren op de mensen in de zaal. Hij speelde nooit op de automatische piloot maar gooide zich er iedere avond met al zijn ziel en zaligheid in. Willems was veeleisend, twijfelde voortdurend, was zoekende, probeerde van alles en was nooit tevreden over zijn eigen prestaties. Hij nam ook anderen, collega’s, daarin mee. Die vonden dat soms vervelend omdat ze ook wel eens het gevoel hadden dat ze heerlijk hadden gespeeld.’’

Dat Willems zijn carrière bij Hollandia begon, was volgens Koenen een ideale start. Bij Johan Simons kreeg hij volop de ruimte omdat die zijn spelers betrok bij het maakproces. ,,Johan was iemand die zelf durfde te twijfelen en aarzelen en ging samen met de acteurs op zoek zodat ze zich niet de marionetten van de regisseur voelen. Daarnaast voerden ze stukken op waarin maatschappijkritiek doorklonk. Jeroen was naast een geweldige acteur ook een sociaal bewogen mens. Het engagement speelde bij de keuze van de stukken een grote rol.’’

Volgens Koenen is hem dat naderhand ook wel eens opgebroken omdat hij zich daardoor in een bepaalde hoek manoeuvreerde. ,,Hij vroeg zich wel eens af waarom hij nooit eens gevraagd werd voor een rol in een serie als Zeg eens A. Dat had daar deels mee te maken. Eerlijk gezegd had hij ook niet het uiterlijk van een flierefluiter. Er hing altijd iets zwaars rond Jeroen.’’ Dat hij op een gegeven moment weg is gegaan bij Hollandia, dat is volgens Koenen goed te begrijpen. ,,Hij heeft zich moeten losmaken van die sterke persoonlijkheden, ondanks het feit dat ze heel belangrijk voor Jeroen zijn geweest. Hij wilde nieuwe wegen inslaan.’’

Brel, de zoete oorlog

Dat nieuwe avontuur diende zich aan in de vorm van de voorstelling Brel, de zoete oorlog. Het was zo’n succes dat er ook nog een Brel 2 kwam. Een avontuur was het zeker. ,, Jeroen ging graag het gevaar aan en dit was natuurlijk een risico omdat hij had op zijn bek kunnen gaan. Hij was tenslotte geen zanger. Toch was hij als geen ander in staat om van elk lied een toneelstukje te maken. En dan dat geweldige combo erbij, alsof hij in een nieuwe familie terecht kwam. Er klonk ook kritiek, maar dat laat onverlet dat hij als geen ander, het wezen van die liederen, die teksten kon overbrengen. De concerten hebben op heel veel mensen diepe indruk gemaakt.’’’

Voor de voorstelling zijn deels de al bestaande vertalingen van Ernst van Altena gebruikt maar zijn ook andere schrijvers benaderd zoals Peer Wittenbols en Rob Klinkenberg. Gerrit Komrij was gevraagd om een monoloog voor Jeroens tweede Brel-voorstelling te schrijven. Die laatste werd door Willems afgeserveerd. ,,Hij vond de tekst die Komrij geschreven had verschrikkelijk. Dat legt hij uit in een lange email die hij naar een aantal collega’s heeft gestuurd. Ik was zo ontzettend blij dat ik die voor mijn boek mocht gebruiken. Daarin is heel goed te zien hoe Jeroen over het vak dacht en wat hij belangrijk vond. En dat hij dat durfde. Iemand als Komrij, toch een instituut, gewoon af te schieten.’’ Over het antwoord van Komrij beschikt ze niet. ,,Hij schijnt gezegd te hebben: ‘maar die jongen die kan toch alles?’ En dat hij zijn honorarium toch al gehad. Dat vond ik een beetje een zure opmerking. ‘’

Twee stemmen

Willems wilde Jacques Brel in eerste instantie niet in het Nederlands zingen. Frans moest het zijn maar uiteindelijk is het toch gelukt hem te overtuigen. De acteur had er waarschijnlijk zijn hand niet voor omgedraaid. In het memorabele stuk Twee Stemmen, liet hij al zien dat hij ook met andere talen prima uit de voeten kon. ,,Dat solostuk heeft hij over de hele wereld gespeeld in het Frans, Duits, Engels en Nederlands. Zijn Duits was bijna perfect. Het betekende zijn doorbraak in het buitenland. Toen het stuk in het Engels werd vertaald, ging hij maanden studeren. Hij deed er met een spraakcoach alles aan om de taal zo goed mogelijk onder de knie te krijgen omdat hij niet wilde dat een slechte uitspraak zou afleiden van de tekst. In het stuk wordt zware kritiek geuit op multinationals. Jeroen wilde het spelen in de taal van zijn publiek. Wat dat betreft had hij soms wel iets van een zendeling. De boodschap moest wél overkomen.’’

Een biografie schrijven over iemand, wiens familie je goed kent, is lastig. Toch ziet Koenen dat niet als een probleem. ,,Voor mij was de afstand groot genoeg. Jeroen sprak ik wel eens na afloop van een voorstelling, maar we waren niet bevriend.’’ Na haar goed ontvangen biografie van Ida Gerhardt, was het haar uitgever die vroeg over wie ze haar volgende boek zou gaan schrijven. Ze hoefde niet lang na te denken. ,,Zijn dood was een grote klap maar toch ben ik een paar jaar later heel voorzichtig begonnen omdat ik dacht: dit leven moet op papier. Jeroen was zo’n groot kunstenaar.’’ Anders dan bij Ida Gerhardt waren er veel mensen die de acteur goed gekend hebben. En waren er collega’s die Koenen konden vertellen over wat het is om acteur te zijn en wat er zoal bij komt kijken. ,,Van de laatste tien jaar van zijn leven zijn er banden, van de periode daarvoor niet. Gelukkig heb ik zelf veel voorstellingen van hem gezien. In combinatie met materiaal uit de nalatenschap, scripts en recensies gaat het geheugen werken. Het is alsof je een mozaïek maakt van wat je leest, van wat anderen je vertellen en van je eigen herinneringen. Dat was heerlijk om te doen.’’

De research en het spreken van al die mensen die belangrijk waren in Jeroen’s leven heeft Koenen een paar jaar gekost. Daarna is ze gaan schrijven. ,,Al schrijvende ben ik gaan selecteren. Dat kon ik alleen maar doen omdat ik er al jaren mee bezig ben geweest. Welke voorstelling is belangrijk en welke niet. Dat overzicht had ik in het begin nog niet.’’ Tijdens het schrijfproces bleek, dat er toch nog een kant van haar hoofdpersoon was, die ze niet kende, namelijk zijn grote affiniteit met de beeldende kunst. Een tante van Willems, die inmiddels is overleden maar die ze nog heeft kunnen spreken, was galeriehoudster en heeft hem op dat gebied veel geleerd. ,, In diverse interviews vergelijkt hij het acteren met beeldhouwen. Dat hij parallellen zag tussen zichzelf en een beeldhouwer – dat je een beeld maakt en dat het dan weer in elkaar dondert, dat het meer gaat om met maakproces dan om het resultaat van dat geworstel – dat vond ik heel interessant om te ontdekken en dat heeft me enorm geraakt.’’

Lees ook de recensie van Dominique Engers op Biografieportaal.nl.

Je lied wordt gehoord. Jeroen Willems, acteur en zanger
Mieke Koenen
Nijgh & Van Ditmar
ISBN paperback 9789038812441
Verschijnt in december 2022

Bestelinformatie

Bestel als paperback bij bol.com (€ 26,99)
Marita de Jong
Marita de Jong
Marita de Jong is journaliste. Ze werkte jarenlang voor NDC Mediagroep en was als redacteur verbonden aan het cultureel opinieblad De Moanne. Tegenwoordig schrijft ze voor De Moanne, de website Fryslân1 en doet ze ondermeer pr werkzaamheden voor Museum Belvédère en Collegium Vocale Fryslân. In 2008 verscheen bij de Afûk haar boek: 14 schilders uit de Belvédère.

Fijn als je dit artikel met anderen deelt:

Lees ook...

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Vul alstublieft uw commentaar in!
Vul hier uw naam in