Lieftinck versus Zijlstra: een vinnige discussie in de memoires van twee tegenpolen

Na de minister-president kan de minister van Financiën de invloedrijkste bewindspersoon in een kabinet zijn, doordat deze zich via de begrotingspolitiek kan bemoeien met de uitgaven van alle departementen. Ook Sigrid Kaag heeft laten weten dat zij hierom Financiën heeft gekozen. Toch hebben eerdere ministers van Financiën de begrotingspolitiek geheel verschillend toegepast. Voor dit verschil in aanpak wordt vaak verwezen naar de legendarische ministers Piet Lieftinck en Jelle Zijlstra, die twee uitersten vormden.

Lieftinck is vooral bekend geworden door zijn geldsanering met het ‘tientje van Lieftinck’ dat iedere burger in handen kreeg en twee forse vermogensheffingen, direct na de Tweede Wereldoorlog. Spraken sommigen over de ‘kei van de Kneuterdijk’, waar het Haagse ministerie gevestigd was, anderen hadden het over ‘de grootste boef van Nederland’. Zijlstra werd vijftien jaar later het symbool van financiële degelijkheid terwijl zijn populariteit tot grote hoogte steeg toen de cabaretier Wim Kan hem later als premier bezong in zijn oudejaarsconference met het lied ‘Jelle zal wel zien’.

Zijlstra had nog bij Lieftinck in de collegebanken gezeten, toen hij in Rotterdam economie studeerde. Toch waren zij zoals gezegd tegenpolen bij het voeren van de begrotingspolitiek. De beide politici voerden in hun memoires daarover een vinnige discussie. In zijn Herinneringen formuleerde Lieftinck harde kritiek op de begrotingsaanpak van Zijlstra. Deze memoires werden, kort na Lieftincks overlijden, in 1989 door A. Bakker en M.M.P van Lent gepubliceerd. Zij hadden vele gesprekken met hem gevoerd en zijn aantekeningen gebruikt. In het boek keerde Lieftinck zich fel tegen de begrotingsfilosofie, zoals verwoord in het biografische verzamelwerk Dr. Jelle Zijstra – Gesprekken en Geschriften (1978), samengesteld door G. Puchinger.

In de begrotingsaanpak van Zijlstra werd de concrete invulling van de beschikbare bestedingsruimte aan het gevecht van de vakministers onderling overgelaten, nadat eerst volgens een theoretische normatiek de totale ruimte gezamenlijk was vastgesteld. Aan Zijlstra werd wel de uitspraak toegeschreven: ‘Al kopen ze er ook muizenvallen voor, als ze maar binnen het vastgestelde kader blijven’. Lieftinck maakte bezwaar tegen het automatisme van Zijlstra’s normatiek en herinnerde eraan dat hij zelf steeds alle specifieke uitgaven beoordeelde in intensieve begrotingsgesprekken. Hij was tot in de details met de begroting bezig. ‘Het opzetten van een begroting, dat is een art, een kunst…Het is iedere keer weer een worsteling en als die ontbreekt is er wat mis’. In het bijzonder wilde Lieftinck open-einderegelingen voorkomen, die onvoorzien pas later tot hogere uitgaven leiden.

In het lovende voorwoord dat Zijlstra bij de Herinneringen van Lieftinck schreef, ging hij nog voorbij aan diens harde kritiek op hemzelf. Wel nam hij wat afstand door het boek ironiserend als ‘een roman’ aan te duiden. Enkele jaren later sloeg Zijlstra echter wel terug in zijn eigen memoires Per slot van rekening (1992). Hij bleef vol lof over ‘de zeer gezonde boedel’ die zijn leermeester als minister in de jaren direct na de oorlog met een ‘hard maar doeltreffende beleid’ had achtergelaten. Maar hij schreef ook met zoveel woorden dat hij met Lieftinck nog een appeltje te schillen had over diens vernietigende slotconclusie: ‘Zijlstra legde mede de basis voor een versnippering van de discipline’.

In zijn memoires wees Zijlstra vervolgens de kritiek van de hand. De strijd tussen de vakministers bij de verdeling van de ruimte zou de discipline juist versterken, maar Jonne Harmsma concludeert in zijn biografie van Zijlstra Jelle zal wel zien (2018) dat Lieftinck wel degelijk een punt had met zijn kritiek.

Sprekender dan theoretische analyses dat zouden kunnen, laat naar mijn mening deze vinnige discussie in (auto)biografische verhandelingen zien hoe twee legendarische ministers van Financiën uitersten vormden in hun begrotingsaanpak. 

eerdere columns

Slecht nieuws van het Data Liberation Front

Je bent iemand die denkt dat een biograaf in de toekomst wel een wetenschappelijk onderzoek naar je leven zal instellen. Want ondanks je geboorteland,...

Biografisch zicht op ‘de meest uitzonderlijke familie uit de Amerikaanse geschiedenis’

Een biografie kan grote invloed hebben op de reputatie van een staatsman. Dat is zeker opgegaan voor de tweede Amerikaanse president John Adams en...

Siegfried Kracauer over de troost van de biografie

'Er zal spoedig geen groot politicus, veldheer of diplomaat meer over zijn die nog zijn … monument moet krijgen,' schreef  de Duitse historicus Siegfried...

Reuring over schilderijen. Ook een biografisch thema

Er was onlangs veel ophef over het weghalen en voorlopig terughangen van een schilderij van Rein Dool, dat het bestuurscollege van de Leidse Universiteit...

Huwelijksmoeilijkheden als element van een politieke biografie

De feministische schrijfster Johanna Naber (1859-1941) wilde vrouwen een stem in de geschiedenis geven. In haar talrijke biografische studies waren de hoofdpersonen dan ook...

De slavernij en het biografische element

De slavernij en slavenhandel zijn lang onderbelicht geweest, nu staan ze in het centrum van de maatschappelijke belangstelling. Gemeenten, bedrijven, banken en musea verrichten...

Afgebroken plannen voor een biografie

Soms leggen auteurs uit waarom ze hun plan om een bepaalde biografie te schrijven niet hebben uitgevoerd. Als biograaf van Alexander Gogel, Bataafs bewindsman...

Het geheim van Appeltern in biografische geschriften

Joan Derk van der Capellen tot den Pol (1741-1784) was een tegendraadse Overijsselse baron, voorman van de patriotse beweging in ons land. Hella Haasse...

Dubbelbiografieën van “regerende” echtparen

Voor een boeiende dubbelbiografie is het een vereiste dat de hoofdpersonen elkaar sterk beïnvloeden. In de prachtige dubbelbiografie First Family, Abigail and John Adams...

De autobiografie: ‘de gevaarlijkste van alle bronnen’

In zijn studie De biografie (1946) bestempelde de historicus Jan Romein de autobiografie als de gevaarlijkste bron voor een biografie. De autobiografie is namelijk...

Johanna Nabers biografie van Joan Melchior Kemper: eerst miskend, later invloedrijk

De productieve Johanna W.A. Naber (1859-1941) schreef onder meer negen biografieën en zeven bundels biografische schetsen. Bijna al haar hoofdfiguren waren vrouwen. Eén van...

Roofkunst: de versleuteling van (auto)biografische elementen

Ruurd Halbertsma, de schrijver van het eerder dit jaar verschenen Roofkunst, bestempelt zijn boek met nadruk als een roman waarin het om fictie gaat....

Biografe Claire Tomalin over haar eigen leven

De vermaarde Britse biografe Claire Tomalin kondigde vier jaar geleden in haar autobiografie A life of my own aan dat ze nog een nieuw...

De stelselwet van 1821: sterke positieve impulsen voor de biografie van Alexander Gogel

Na tumultueuze debatten aanvaardde de Tweede Kamer in de nacht van 30 juni op 1 juli 1821, juist 200 jaar geleden, met een kleine...

De Churchillfactor

Als Boris Johnson nou eens niet de politiek in was gegaan, geen burgemeester van Londen was geworden en niet was doorgeschoten naar het hoogste...
Jan Postma
Jan Postma
Jan Postma is econoom en historicus. Hij is een liefhebber van biografieën en promoveerde zelf in 2017 in Leiden op de de biografie van Alexander Gogel (1765-1821), de eerste bewindsman van Financiën van ons land.

Fijn als je dit artikel met anderen deelt:

Lees ook...

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Vul alstublieft uw commentaar in!
Vul hier uw naam in