De vermaarde Britse biografe Claire Tomalin kondigde vier jaar geleden in haar autobiografie A life of my own aan dat ze nog een nieuw boek zou schrijven. Ze was toen 84 jaar oud en regelmatig keek ik op de site van haar uitgeverij. En zie daar, kort geleden kondigde Penguin Books aan dat begin november een nieuwe biografie van haar uitkomt over de eerste veertig jaar van het leven van de wereldberoemde Britse schrijver H.G. Wells (1866-1946), de vader van de science fiction-literatuur.
Het bracht mij ertoe Tomalins autobiografie van 2017 nog eens ter hand te nemen. Wat is er mooier voor een liefhebber van het genre van de biografie dan een veelgeprezen biografe die over haar eigen boeiende leven vertelt? Ook voor de eigen levensbeschrijving heeft ze een strenge selectie van relevante feiten en gebeurtenissen toegepast, de essentie van een goede biografie. Het heeft geleid tot een sobere, maar indringende beschrijving van haar begaafde, maar excentrieke ouders, haar eigen gezinsleven met enkele forse tegenslagen en haar werk als literair redacteur van de New Statesman en Sunday Times.
Bij haar boeken gaat ze vooral in op de wordingsgeschiedenis van haar debuut, een levensbeschrijving van Mary Wollstonecraft (1759-1797), met wie ze duidelijk veel affiniteit heeft. In 1971 schreef Tomalin een artikel over deze achttiende-eeuwse feministe, die in 1792 het beroemde boek A Vindication of the Rights of Woman publiceerde. Op haar artikel ontving Tomalin erg veel reacties. Zij besloot een biografie van Wollstonecraft te gaan schrijven, aangezien er door het herlevende feminisme grote interesse voor deze toch vrij onbekende icoon van de vrouwenbeweging bleek te bestaan. Voor Tomalins leven is het ingrijpend geweest, omdat ze zich voor het schrijven van haar eerste boek volledig vrij maakte van haar redactionele activiteiten.
Tomalin volgde een strakke, planmatige aanpak bij het schrijven van dit eerste boek. Het is interessant om te lezen hoe ze ter voorbereiding van haar studie het advies van Richard Cobb, geschiedschrijver van de Franse revolutie opvolgde, om eerst de plaatsen op te zoeken waar Wollstonecraft geleefd had. Tomalin maakte reizen naar Beverley in Yorkshire, waar Mary als meisje had gewoond, naar Ierland waar ze als gouvernante had gewerkt en naar Parijs waar ze woonde als zeer actieve sympathisant van de Franse revolutie. Verder inventariseerde Tomalin bibliotheken, musea, archieven en gesprekspartners, voordat ze echt aan het werk ging. Tot haar vreugde kon ze eerste drukken bemachtigen van A Vindication en van de Memoirs (1798) van William Godwin, de echtgenoot van Mary Wollstonecraft, waarin deze na het overlijden van zijn vrouw openhartig over haar leven vertelde.
Tomalin ging dankzij haar research Wollstonecraft meer en meer zien als een moderne vrouw, in gedrag en houding. Zo reisde Wollstonecraft met haar baby door Scandinavië, publiceerde ze een polemische roman met een intelligente prostituee als hoofdpersoon, bevocht ze een depressie door harder te werken en door een nieuwe partner te vinden. Tomalins boek werd een bestseller en ze kreeg de Whitbread Prize for a First Book.
Toen haar debuut een succes werd, nam ze definitief ontslag als literair redacteur en wijdde ze zich volledig aan het schrijven, met als resultaat nog zeven prachtige levensbeschrijvingen, waaronder biografieën van Charles Dickens, diens ‘invisible’ vriendin Nelly Ternan, Jane Austen, Samuel Pepys en Thomas Hardy.
Niet alleen de bladzijden over de ontstaansgeschiedenis van haar succesvolle boeken in de autobiografie zijn boeiend. Ook de andere onderdelen van haar eigen levensbeschrijving laten zien dat Claire Tomalin een talentvolle biografe is. Ik kijk dan ook vol verwachting uit naar haar nieuwe boek over het jonge leven van H.G. Wells.
Mooi Jan! En Mary W. is ook nog de moeder van Mary Shelley, schrijfster van Frankenstein, echtgenote van Percy S en de baby in jouw bovenstaande artikel. Wat minder beroemd, maar toch….