Veel psychologie van de koude grond in de biografie van Boris Johnson

Tom Bower schrijft iedere anderhalf tot twee jaar een biografie, vrijwel altijd over nog volop actieve publieke figuren als Robert Maxwell, Richard Branson, Tony Blair, Gordon Brown, Bernie Ecclestone, prins Charles, Jeremy Corbyn en nu dus van Boris Johnson. Waar mogelijk zoekt hij de controverse op en krijgt rechtszaken aan zijn broek, wat de verkoop van zijn boeken meestal geen kwaad doet. Met de recente biografie van Boris Johnson is dat niet anders. Bower zet Stanley Johnson, de vader van Boris neer als een nietsnut en een schuinsmarcheerder die zijn gezin verwaarloosde en zijn vrouw sloeg waar de kinderen bij waren. Bowen zegt dit verhaal uit de eerste hand te hebben van Charlotte Wheeler, de moeder van Boris. Stanley accepteert de beschuldigingen niet en de gewenste ophef rond het boek is bereikt.

Diepgang van een pierenbadje

Bower gebruikt zijn ontdekking van het huiselijk geweld in het ouderlijk huis om Boris Johnson te beschrijven als het slachtoffer van een chaotische jeugd en een gewelddadige vader. Zijn grenzeloze ambitie wordt verklaard uit de wens om nooit meer van iemand afhankelijk te zijn. Zijn vele affaires met vrouwen zijn te verklaren omdat hij vanwege zijn jeugdervaringen geen enkele man durft te vertrouwen. Het frame van de slachtofferrol is de rode draad die Bower het hele 600 pagina’s dikke boek volhoudt en dat hij niet alleen hanteert om het private en publieke gedrag van Johnson te verklaren maar in bijna alle gevallen ook te rechtvaardigen. Bower is opvallend mild voor Johnson, steunend op een psychologisch frame met de diepgang van een pierenbadje.

Gokker of strateeg?

In 2019 slaagt Johnson erin premier van het Verenigd Koninkrijk te worden, een baan die hij volgens Bower altijd heeft geambieerd om zijn traumatische jeugd te overwinnen. Bower beschrijft Johnson als een geboren gokker. (The gambler is in Engeland de titel van de biografie). Johnson durft op cruciale momenten in zijn loopbaan een risicovolle gok te nemen die uiteindelijk goed uitpakt. Een voorbeeld is dat hij zich, na zich lang op de vlakte te hebben gehouden, slechts enkele maanden voor het brexitreferendum aansluit bij het leavekamp. Zou het remainkamp gewonnen hebben, dan zou het met de politieke carrière van Johnson vrijwel zeker gedaan zijn.

Een tweede vermeende gok is dat Johnson zich geen kandidaat stelt als opvolger van Cameron als die aftreedt na het brexitreferendum. Theresa May volgt Cameron op. Om Johnson buitenspel te zetten benoemt May hem tot minister van Buitenlandse Zaken, met het uitdrukkelijke verbod zich te bemoeien met het enige onderwerp dat er op dat moment in de Britse buitenlandse politiek toe doet: de brexit. Ze benoemt twee speciale ministers die de onderhandelingen met de EU in goede banen moeten leiden. Johnson laat Theresa May drie jaar lang ploeteren aan een uittredingsakkoord. Hij wacht tot ze hopeloos verzandt in het brexitmoeras. Hij houdt zijn kruit droog tot het land brexitmoe is, waarna hij May weet te wippen, zijn wens van een no-dealbrexit doorzet en deze stap weet te verzilveren met een klinkende verkiezingsoverwinning die de conservatieve partij weer voor jaren stevig aan de macht zal brengen. Dit brengen als een opeenvolging van riskante gokken doet Johnson te kort. Je kan net zo goed stellen dat hier sprake is van een superieur strategisch inzicht, gebaseerd op kennis van wat er leeft in het land en gebruik makend van een voortdurende onderschatting door zijn politieke tegenstanders.

Boris Johnson en voormalig vicepresident van de Verenigde Staten Mike Pence tijdens diens bezoek in 2019

Buitenstaander met invloed

Johnson is altijd een buitenstaander gebleven in de Conservatieve Partij, maar hij heeft al vanaf de jaren tachtig een enorme invloed. Als correspondent voor The Telegraph in Brussel bouwde hij een grote reputatie op onder de eurosceptici in Engeland met aangedikte en soms onware verhalen over de bemoeienis van Brussel, zoals het verhaal dat de Europese Commissie de krommingsgraad van de bananen en de maat van de condooms wilde standaardiseren. Door het grote succes van zijn verhalen werd hij door Europese politici en ambtenaren uitgenodigd om te horen hoe het dan wel in elkaar zat en op die manier werd Johnson snel de best geïnformeerde journalist in Brussel. Vanuit die positie schreef hij verhalen over de manier waarop Engeland steevast in de tang werd genomen door de Frans-Duitse as en de Brusselse bureaucratie. Terug in Londen hield hij als hoofdredacteur van The Spectator grote invloed op de publieke opinie. Hij stelde zich in 2008 kandidaat voor het burgemeesterschap van Londen en won dankzij zijn persoonlijke charisma van de zittende burgemeester Ken Livingstone. Hij slaagde er weliswaar niet in om de corruptie bij de politie aan te pakken en ook niet om het openbaar vervoer te hervormen maar de Olympische Spelen in 2012 werden een groot succes en zadelden de stad niet op met een peperdure post-olympische erfenis waarmee steden als Athene en Rio de Janeiro wel te maken kregen. Tijdens zijn burgemeesterschap bleef hij grote invloed houden op de landelijke politiek door zijn publieke optredens en zijn columns in The Telegraph. Het was dan ook een grote klap voor Cameron toen Johnson zich bekende tot het leavekamp. In die campagne was Johnson niet vies van leugens, zoals de bewering dat Engeland wekelijk 50.000.000 pond aan Brussel betaalde, een bedrag wat veel beter in de National Health Service gestopt zou kunnen worden. Dat Johnson zich bij leave aansloot is gezien het geringe uiteindelijke verschil in stemmen, 51,7 tegen 48,3 procent, waarschijnlijk beslissend geweest.

Het schijven van een biografie over een nog actieve politicus kan nooit leiden tot een afgewogen oordeel. Daarvoor is de afstand in de tijd te gering. Wat zo’n biografie wel kan doen is een portret schetsen van een politicus en zijn drijfveren zodat we zijn (toekomstige) daden kunnen duiden en plaatsen. Daarin is Bower niet geslaagd. Het slachtofferframe is flinterdun. Met zo’n jeugd kan je ook andere keuzes maken en op het punt van overspeligheid en ontrouw weet hij zijn vader zelfs te overtreffen. Anderzijds onderschat Bower het strategisch vermogen van Johnson door hem een gokker te noemen. Johnson heeft met een briljant gevoel voor timing een coalitie gesmeed tussen de eurosceptische vleugel van de conservatieve partij die zich bedreigd voelde door de UKIP-partij van Nigel Farage en de traditionele aanhang van Labour, vooral buiten Londen, die genoeg had van de toenemende migratie en de persoon van Jeremy Corbyn. De leus “Take back control” gaf precies weer wat breed gevoeld woerd in Engeland.

Wat gaat Boris Johnson doen?

De grote vraag is wat Johnson nu gaat doen met de verkregen macht. Hij moet nu het land regeren en heeft nog niet duidelijk gemaakt wat hij wil en hoe hij dat gaat doen, met uitzondering van de uitspraak dat kapitalisme voor iedereen moet werken. Zijn grote strijdpunt, de brexit, is verdwenen omdat niemand het in zijn hoofd zal halen om campagne te gaan voeren voor een terugkeer in de EU. De Schotten zouden een tweede referendum over onafhankelijkheid kunnen houden, maar zolang de voorspelde doemscenario’s over de Brexit uitblijven is dat niet waarschijnlijk. Wat wel zeker is dat de strijd binnen conservatieve partij nooit dooft en dat er veel politici met wraakgevoelens tegen Johnson zijn.

De eerste twee jaar van zijn premierschap zijn vooral bepaald door de coronacrisis. Bower gebruikt 130 volkomen overbodige pagina’s om het verloop van de coronacrisis in Engeland te beschrijven. Het is niet meer dan een weergave van de aanpak van de crisis en de discussie hierover in Engeland en het leest als een serie achter elkaar geplakte krantenberichten zonder enige analyse. Johnson komt er nauwelijks in voor. Hij ging aanvankelijk nonchalant om met de crisis, kreeg vervolgens zelf covid, wat hij ternauwernood overleefde. Na zijn herstel liet hij het bestrijden van de crisis over aan de experts zonder daar al te veel leiding aan te geven. Bower schrijft over de fouten die in Engeland net als overal elders zijn gemaakt en geeft de schuld aan de onbekwame ambtenaren en experts waarmee Johnson opgezadeld zat. De vraag of Johnson niet krachtiger leiding had kunnen en moeten geven wordt niet gesteld. De Covid-hoofdstukken zijn overbodig en misplaatst in de biografie maar ook de rest van het boek had aanzienlijk korter gekund. De overlading met namen van politici, mediafiguren en maîtresses is voor de Nederlandse lezer nauwelijks interessant en veel onbelangrijke gebeurtenissen worden veel te uitgebreid en vaak warrig beschreven. Het maakt het lezen van de biografie tot een vermoeiende ervaring, met slechts sporadisch spannende passages.

Boris Johnson. Biografie van een geboren gokker
Tom Bower
Ambo/Anthos
ISBN 9789026356759
Verschenen augustus 2021

Bestelinformatie

Bestel als hardcover bij bol.com (€ 34,99)
Bestel als ebook bij bol.com (€ 14,99)

Koop bij Athenaeum Boekhandel

Bestel als hardcover bij Athenaeum Boekhandel (€ 39,99)
Bestel als ebook bij Athenaeum Boekhandel (€ 14,99)
Sjak Rutten
Sjak Rutten
Sjak Rutten is onderwijskundige en historicus. Hij promoveerde in 2019 op een biografie van de meest succesvolle ontwikkelaar van leesmethoden uit de Nederlandse onderwijsgeschiedenis: frater Caesarius Mommers (1925-2007), De leesvader van Nederland.

Fijn als je dit artikel met anderen deelt:

Lees ook...

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Vul alstublieft uw commentaar in!
Vul hier uw naam in