De kleine bisschop die uit de pas liep. Het leven van Dom Hélder Câmara

De Braziliaanse bisschip Hélder Câmara is een naam uit mijn jeugd. Hij was een van die charismatische leiders wiens naam in linkse kringen met eerbied genoemd werd, vanwege zijn inzet voor de armen wereldwijd. Zijn beroemdste uitspraak staat nog als een huis: ‘Als ik een arme een brood geef, dan noemen ze me een heilige. Als ik vraag waarom hij arm is, noemen ze me een communist.’ Op de vraag of Dom Hélder Câmara (1909-1999) een ‘historische figuur’ is, kan de biografie Als het leven gave wordt geen antwoord geven.

Biograaf Eduardo Hoornaert was docent kerkgeschiedenis in João Pessoa, in Recife en later aan het Instituut voor Theologische en Pastorale Studies in Fortaleza te Brazilië. Hij heeft van 1964 tot 1980 samengewerkt met Hélder Câmara. Hoewel hij Câmara duidelijk bewondert, is het boek niet uitsluitend een ‘eerbetoon’ geworden, maar “vooral een weergave van de opeenvolgende uitdagingen waarmee Hélder tijdens zijn leven geconfronteerd werd”. Als bron gebruikt Hoornaert vooral de handgeschreven ‘Omzendbrieven’, gericht aan een groep vrouwen met wie Câmara vanaf 1940 intensief (werk)contact had. De zeer talentvolle vrouwen in deze groep waren voor Câmara’s werk en inspiratie zeer belangrijk. De eerste brief dateert vanaf 1962 en gaat onder andere over zijn ervaringen op het Tweede Vaticaans Concilie. Aan de vele gedichten uit de Omzendbrieven is in de biografie een apart hoofdstuk gewijd.

Integralisme

Zijn bijzondere voornaam kreeg Câmara van zijn redelijk welgestelde vader, die de plaatsnaam ‘Den Helder’ ontdekte in een boekhouding. Van zijn moeder, die een school runde, kreeg hij zijn intensief religieuze opvoeding. Al vrij jong werd hij naar het seminarie gestuurd en in 1931 werd hij tot priester gewijd. Câmara was geen studeerkamergeleerde. Hij had veel contact met leken en voelde zich meer thuis buiten de muren van het seminarie. Hij kreeg een bureaucratische functie op het ministerie van Onderwijs. De Braziliaanse bisschoppen waren in de jaren dertig in de ban van het integralisme, een reactionaire stroming met grote invloed in de politiek. De bisschoppen wilden de macht over het volk in eigen hand krijgen.
Câmara was geïnteresseerd in het integralisme en volgde nauwgezet wat er in Italië gebeurde, waar de katholieke hiërarchie flirtte met het fascisme van Mussolini. Hij probeerde erachter te komen wat er gebeurde in Duitsland. Met zijn vlotte taal, scherpzinnige intelligentie en zijn onmiskenbare talenten als redenaar, animator en organisator, was Câmara succesvol in het werk voor de Katholieke Verkiezingsliga en de Braziliaanse Integralistische Actie. Langzamerhand kreeg hij twijfels. De Braziliaanse kerk liet het fascistische ideaal pas in augustus 1942 los, toen de nederlaag van het Derde Rijk duidelijk werd en de regering van Getúlio Vargas eindelijk brak met Duitsland.

In 1981 was Hélder Câmara in Nederland © Marcel Antonisse/ Anefo (cc0)

Organisatietalent

In 1955 bereikte Hélder Câmara, inmiddels hulpbisschop, een belangrijke mijlpaal, als organisator van het XXXVI Internationaal Eucharistisch Congres. Aan dit belangrijke mega-evenement deden vele duizenden gewone gelovigen en hoogwaardigheidsbekleders mee, met processies, eucharistievieringen en bezinningsmomenten. Het werd voor het eerst in Brazilië gehouden en zorgde ervoor dat het land – ook voor het eerst – op het internationale toneel een plaats innam. Câmara bleek een goede organisator en leverde niet alleen veel pracht en praal, maar zorgde er ook voor dat het hout van de 96 kilometer aan banken ten goede kwam aan de bewoners van de favela’s die de congreslocatie omgaven. Ná het congres stelde kardinaal Pierre Gerlier van Lyon hem een beslissende vraag: “Waarom, beste broeder, Dom Helder, stelt u al dit organisatietalent dat de Heer u gegeven heeft niet ten dienste van de armen? Ik moet u niet vertellen dat Rio de Janeiro een van de mooiste steden ter wereld is, maar ook een van de meest verschrikkelijke. Al die favela’s, te midden van dit plaatje van schoonheid, vormen een belediging voor de Schepper.”

Het evangelie breekt door

Tot het Congres had Câmara naar de wereld gekeken als een kind van de bourgeoisie. Hij keek naar 80 procent van de bevolking vooral vanuit een liefdadigheidsperspectief. Vanaf dat moment ”brak het evangelie door in het leven van Hélder Câmara” zegt zijn biograaf. Pas na 1955 kwam het bestaan van de armen centraal te staan in zijn daden, toespraken en geschriften. Op 29 oktober 1955, nauwelijks 90 dagen na de afsluiting van het Congres, werd de Kruistocht van São Sebastião in het leven geroepen, een ambitieus plan voor de urbanisatie van de favela’s van Rio de Janeiro. Câmara wist daarvoor veel geld bij elkaar te krijgen. Hij raakte doordrongen van de democratische geest. Ideeën als tolerantie, pluralisme, oecumene, openheid, bescheidenheid, het vermogen tot dialoog met de ‘ander’ kwamen nu aan bod in zijn werk en in zijn preken. Op 12 april 1964, precies twaalf dagen na de militaire staatsgreep, toen hij het aartsbisdom van ­Olinda en Recife overnam, stelde hij zichzelf voor als ‘een bisschop van de katholieke Kerk die, in navolging van Christus, niet komt om gediend te worden maar om te dienen’. In 1966 organiseerde hij bijvoorbeeld ‘Operatie Hoop’ om bouwmaterialen te kopen voor arme parochies die in overstromingsgebieden lagen. Daarvoor maakte hij gebruik van ‘bewonersraden’ en ‘bottom-up’ structuren.

Hij had sympathie voor de bevrijdingstheologie, maar keek vooral kritisch naar de dynamiek tussen de ‘ontwikkelingslanden’ en het witte West-Europa, en de ‘spiraal van geweld’ die volgt op sociaal onrecht. Op het Tweede Vaticaans Concilie speelde Câmara, vooral in de wandelgangen, een rol in de vernieuwingen van de kerk. Hij ondertekende daar het ‘Catacombenakkoord’ van de bisschoppen van de Armoedegroep, dat luidt: “We zullen trachten te leven op dezelfde eenvoudige manier als ons volk, wat betreft huisvesting, voedsel, transportmiddelen en al wat daarbij hoort.” Hij bracht die eenvoud in de praktijk door vanaf 1968 het bisschoppelijk paleis te verruilen voor de kleine sacristie van het kerkje Fronteiras en zich te laten vervoeren door lokale taxichauffeurs in plaats van een limousine.

Controversieel

Vanaf 1955 was Câmara een controversiële bisschop, die ‘uit de pas liep’. In zijn pogingen de Katholieke kerk in Latijns-Amerika los te weken uit de behoudende machtsstructuren ondervond hij veel tegenwerking. Het officiële katholieke instituut bleef vasthouden aan het autoritaire principe. Câmara had juist belangstelling voor de Basisbeweging en de ‘zien, oor­delen, handelen-methode’. Mensen zijn hun eigen ­leraars door zaken te ­leren zien, een oordeel te vellen en te handelen, vond hij. Die gedachte stond diametraal tegenover de ‘top-down’ benadering van de Katholieke kerk met haar nadruk op dogma’s en een onfeilbare paus.

Het politieke spel opende perspectieven voor Câmara, maar bezorgde hem tegelijkertijd vijanden. Op 26 mei 1970 hield Câmara een toespraak in Parijs waarin hij de – inmiddels militaire – Braziliaanse regering formeel beschuldigde van medeplichtigheid aan geweld, marteling en de verdwijning van dissidenten. Dit was een cruciaal moment. Vanaf 1971 beval het regime: er mag niet meer over bisschop Câmara gesproken worden, noch vóór, noch tegen. Hij werd bedreigd en zijn hulpbisschop werd ontvoerd. Doorgaans reageerde hij hierop met ‘actieve geweldloosheid’.  Hij beperkte zich vaak tot de uitspraak: “Ben je het niet met me eens, dan verrijk je me.” Hij gaf geen kritiek op zijn opvolger, monseigneur Cardoso, die door paus Johannes Paulus II naar Recife werd gestuurd met de taak om alles wat Câmara in twintig jaar had opgebouwd te ontmantelen.

In het buitenland werd Câmara juist op het schild gehesen. Hij reisde veel en gaf overal toespraken voor een groot publiek. Buiten Brazilië had Câmara het aanzien van een Mahatma Gandhi (1869–1948), een Martin Luther King (1929–1968) of Frère Roger Schutz van Taizé (1915-2005). Onder andere van de Vrije Universiteit Amsterdam (toen nog protestants) kreeg hij een eredoctoraat. Hij was enkele malen in de race voor een Nobelprijs voor de Vrede, maar daar was hij wellicht toch te ‘rood’ voor. Hij kreeg wel in 1974 de Volksvredeprijs. Paus Franciscus heeft in 2015 de procedure om Câmara zalig te verklaren nieuw leven in geblazen.

Een boodschap

Eduardo Hoornaert heeft een duidelijke opvatting over biografie: “Volgens mij is het belangrijk om uit de lotgevallen van een voorbijgaand leven een boodschap te distilleren met een blijvend karakter.” De boodschap uit Câmara’s leven is, denk ik, heel eenvoudig: wie het evangelie serieus neemt, komt eerst en vooral op voor mensen die in armoede of ziekte leven. Wie echter wil weten wat Hélder Câmara van dag tot dag praktisch deed voor de armen in Brazilië en wereldwijd, moet in deze biografie wel ‘graven’ tussen alle theologische en spirituele teksten, die de biograaf opdiepte uit de Omzendbrieven. Hoornaert legt de verschuivingen in het denken van Câmara weliswaar uitvoerig uit, maar zonder theologische achtergrond en enige kennis van de Braziliaanse geschiedenis kun je zijn toelichtingen lastig volgen. Het boek lijkt vooral geschreven voor de lokale volgingen van deze inspirerende ‘rode bisschop’.  Voor hen zal Hélder Câmara zeker een ‘historische figuur’ zijn en voor anderen een inspirerend voorbeeld.

Als het leven gave wordt
Eduoardo Hoornaert
Halewijn
ISBN paperback 9789085287148
ISBN e-book 9789085287254
Verschenen in februari 2024

Bestelinformatie

Bestel als paperback bij bol.com (€ 28,95)
Bestel als e-book bij bol.com (€ 15,99)

Petra Teunissen-Nijsse
Petra Teunissen-Nijsse
Petra Teunissen-Nijsse werkt als freelance redacteur, journalist en biografisch onderzoeker. Zij publiceerde over Louis Couperus, Carry van Bruggen en Clare Lennart. In juni 2017 promoveerde zij op het proefschrift Voor ’t gewone leven ongeschikt. Een biografie van Clare Lennart. Haar tekstbureau heet Leven in Woorden

Fijn als je dit artikel met anderen deelt:

Lees ook...

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Vul alstublieft uw commentaar in!
Vul hier uw naam in