Amerika’s politieke sprookjesprins, JFK

JFK. Kennedy’s jonge jaren. 1917-1956 van hoogleraar Internationale betrekkingen en Geschiedenis aan Harvard Fredrik Logevall, begint met hoe de familie Kennedy in de persoon van Patrick Kennedy in Boston voet aan wal zet. Hij emigreert in 1847 vanuit Ierland, dat geteisterd wordt door de aardappelziekte waardoor de bevolking armoede lijdt. Negen jaar na aankomst sterft hij, 35 jaar oud, een vrouw en vier kinderen achterlatend. Boston wordt in die tijd ook wel het Dublin van Amerika genoemd. Een stad waar de katholieke Ieren door de protestante notabelen met de nek worden aangekeken. Een goede voedingsbodem voor een verbeten strijd voor verbetering van economische en sociale welvaart, zal in de volgende generaties Kennedy blijken.

Al op 16-jarige leeftijd schrijft John Fitzgerarld Kennedy (roepnaam Jack) een essay waarin hij stelt dat de Bijbel geen antwoord heeft op de onrechtvaardige verdeling tussen rijk en arm. En hij blijkt een begenadigd schrijver. Niet qua spelling of schrijfstijl, daarin is hij vreselijk slordig. Nee, met name inhoudelijk is hij sterk en overtuigend. Vooral omdat hij zelf nadenkt, onderzoek doet of anderen betaalt om onderzoek te doen.

Europa

In 1937 maken Jack en zijn beste vriend Lem Billings een reis door Europa. Door Frankrijk, door het Italië van Mussolini en het Duitsland van Hitler. Jack Kennedy heeft een hekel aan de Führer, in tegenstelling tot zijn oudere broer Joe, die wel wat ziet in Hitlers plannen. Alleen jammer dat de Joden tot zondebok waren gekozen, zegt hij.

Ook Joe Kennedy sr, als ambassadeur voor de Verenigde Staten gestationeerd in Londen, ziet het gevaar van de nazi’s niet zo. “Een werkloze man met een hongerig gezin is dezelfde man, of hij nu met een hakenkruis boven zijn hoofd zwaait of met een andere vlag.” Hij vindt vooral dat de Amerikanen buiten de oorlog moeten blijven.
Logevall stelt dat ook JFK de strijdlust van Hitler en de spanningen in Europa onderschat. Kennedy werkt dan een maand op de Amerikaanse ambassade in Parijs. Grappig hoe de jonge JFK, op dat moment begin twintig, door biograaf Logevall beoordeeld wordt op zijn inschattingsvermogen. Achteraf makkelijk analyseren is dat.
Jacks eindscriptie aan Harvard gaat over de vraag waarom Engeland zo slecht voorbereid was op oorlog. Uit de laatste alinea blijkt hoe goed hij heeft nagedacht over de rol van leiderschap.

“Dreiging van vreemde landen kan niet afgehandeld worden door haar te negeren of haar weg te wensen”, schrijft hij. “Ze moet worden bestreden met scherpzinnige en weloverwogen berekening.”

Biograaf Fredrik Logevall verwijst hier naar collega Nigel Hamilton. Die schreef in 1992 al een biografie van de jeugd van JFK:

“Niet elke afstudeerscriptie van college kan een echt originele bijdrage aan de wetenschap worden genoemd, maar die van Jack wel.”

JFK schrijft ondertussen aan zijn zus Kick (Kathleen) dat ze maar niet naar Engeland moet gaan om haar grote liefde Billy Cavendish te trouwen.

“Want ik ben met tegenzin tot de conclusie gekomen dat het tijd is om het overlijdensbericht te schrijven van het Britse Rijk. Zoals aan alle goede dingen moest er een keer een eind aan komen en het was goed zolang het duurde. Je bent het hier misschien niet mee eens, maar ik stel me voor dat de dag voor Rome viel, niet veel mensen geloofden dat het ooit kon vallen.”

Ze was het niet met hem eens en trouwde haar markies.

De familie Kennedy in 1931

Oorlog

Historicus en propagandist John Wheeler-Bennet, die JFK van veel info had voorzien voor zijn scriptie, juicht als president Roosevelt verklaart niet langer afzijdig te blijven in WO2. “De VS hebben partij gekozen.. Afgelopen is de utopische hoop dat het een eiland van democratie kon zijn in een totalitaire wereld.”

Joe Kennedy jr wordt lid van de Harvard Committee Against Military Intervention. Hij stemt daarom voor de tegenkandidaat van Roosevelt, James Farley, ook al weet hij dat die niet kan winnen. Joe sr wordt bewerkt om junior op andere gedachten te brengen. Dat weigert hij.
JFK is een van de eerste dienstplichtigen die wordt opgeroepen. Eigenlijk is hij te ziek om te studeren en heeft hij te maken met een vader die fel tegen de Amerikaanse betrokkenheid is.
Maar JFK is vastbesloten mee te vechten. Als kapitein van een Patrol Torpedo boot, wordt hij naar de Pacific gestuurd. Hij komt er als een oorlogsheld vandaan, nadat zijn boot doormidden wordt gevaren door de Jappen en hij zwemmend zijn bemanning redt door ze naar een eiland te leiden.

Eind 1945 besluit hij de politiek in te gaan en stelt zich verkiesbaar voor een zetel in het Huis van Afgevaardigden. Hij weet wat hem te wachten staat:

“In de politiek heb je geen vrienden – je hebt medestanders. De ene dag voeden ze je honing – de volgende dag vind je een visgraat in je keel. Je kunt wel hersens kopen, maar wat je niet kunt betalen is – loyaliteit.
De beste politicus is de man die niet teveel nadenkt over de politieke gevolgen van zijn handelen.”

JFK meldt in zijn dagboek dat Dan O’Brien, een kennis, zegt dat hij vermoord gaat worden. Dat bedoelde O’Brien toen vast figuurlijk toch?

Politiek

Het is leuk om te lezen hoe Kennedy en Nixon elkaar ontmoeten. In 1947 stappen ze als jonge ambitieuze politici na een debat over vakbondsrechten samen in de slaaptrein van Pittsburgh naar Washington. Ze trekken een strootje om wie het onderste bed krijgt.
Er is veel aandacht voor de verkiezingen van 1948 en het is leerzaam om te zien hoe in die tijd de Democraten verweten werd de communisten aan de macht te helpen in Azië en Oost-Europa. Nu krijgen de Republikeinen het verwijt te veel invloed van Poetins Rusland toe te staan.
Joseph McCarthy begint in die tijd zijn heksenjacht op communistische Amerikaanse politici. JFK kent McCarthy goed, hij is een vriend van de familie. “Joe kon nog geen communist vinden op het Rode Plein- hij wist het verschil niet tussen Karl Marx en Groucho Marx” is een mooi citaat van journalist George Reedy.
De beschrijving van McCarthy lijkt erg op die van Trump: een luie man die niet bereid was het werk te doen om zijn beweringen te staven en daarom zijn toevlucht nam tot zinspelingen en gevolgtrekkingen.

Washington

Ik lees het laatste gedeelte over de strijd die JFK voerde voor zijn Senaatzetel terwijl in Georgia gekozen wordt voor de Senaat en de Democraten op winst staan in hun strijd tegen Trump. Niet veel later bestormen aanhangers van Trump het Capitool en zie ik live hoe ze, sommigen bewapend, het hart van de Amerikaanse democratie vertrappen. Als je wilt begrijpen hoe het kan dat Republikeinen zo lang achter een idiote partijleider aan zijn blijven lopen of hoe politiek voor Amerikanen tegelijk zo veel en zo weinig kan betekenen, lees dan dit boek.

Niet voor niks is het de winnaar van de prestigieuze Pullitzerprijs 2020.

Ik krijg meteen al nieuwe informatie, terwijl ik dacht best wel wat over de Kennedy’s te weten, namelijk dat JFK al zo jong door Europa reisde.

‘Ich bin ein Berliner’, zei JFK in 1963. Nu weet ik dat hij al in 1937 voor het eerst in Berlijn was, hij is dan 20. Hij wilde met eigen ogen Hitlers Duitsland zien. Dat kleurde zijn blik en maakte dat hij niet alleen naar Amerika keek.

En er zijn leuke anekdotes over connecties met Nederland. De moeder van JFK, Rose Fitzgerald, werd als jongedame door haar vader naar de kostschool Blumenthal van de Zusters van Sacré-Coeur te Vaals in Nederland gestuurd, in de hoop dat haar relatie met Joe Kennedy dat niet zou overleven. Ze was 17.
Op pagina 179 staat een foto van JFK met een teckel. Die kocht hij in 1937 in Neurenberg. De hond gaat mee op reis. Maar JFK blijkt allergisch en ze verkopen het dier in Utrecht voor drie dollar. Dat moest ik even checken.
Volgens journalist Perry Vermeulen, die de zaak tot op de bodem uitzocht, is dat in Den Haag geweest. Daar heeft JFK de teckel verkocht voor 5 gulden.

Logevall neemt je echt mee in het leven van JFK en voert je langs alle gebeurtenissen die bepaald hebben hoe deze slordige slungel voor veel Amerikanen de meest geliefde presidentskandidaat en president werd.

JFK Kennedy’s jonge jaren 1917-1956
Fredrik Logevall
Spectrum
ISBN 9789000347407
Verschenen in november 2020

Bestelinformatie

Bestel als hardcover bij bol.com (€ 59,99)
Bestel als ebook bij bol.com (€ 19,99)

Koop bij Athenaeum Boekhandel

Bestel als hardcover bij Athenaeum Boekhandel (€ 59,99)
Bestel als ebook bij Athenaeum Boekhandel (€ 19,99)
Martine van Poeteren
Martine van Poeteren
Martine van Poeteren is journalist en werkzaam voor de KRO-NCRV. Ze is directeur/eigenaar van M4 Producties en sinds december 2016 hoofdredacteur van Biografieportaal. Naast lezen en schrijven is beeldhouwen een passie. Momenteel werkt ze aan een biografie van Afra Geiger.

Fijn als je dit artikel met anderen deelt:

Lees ook...

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Vul alstublieft uw commentaar in!
Vul hier uw naam in