Van wie is Franz Kafka?

Het verhaal zit zo. Toen Franz Kafka in een ongedateerd briefje aan Max Brod vroeg zijn literaire nalatenschap te vernietigen, besloot die aan dat verzoek geen gehoor te geven. Kafka was alle tijd gegund om zelf de fik in de papieren te steken, zo redeneerde Brod. Daarbij had hij de paar verhalen die Kafka tijdens zijn leven in druk liet verschijnen zo’n beetje aan zijn kroontjespen moeten ontrukken. Kafka was nu eenmaal een onverbeterlijke twijfelkont, vervuld van een hartstochtelijke weerzin tegen zijn talent, en zou zonder de aanmoediging van zijn vriend nooit een letter hebben gepubliceerd. Brod meende in de geest van Kafka te handelen door zijn wilsbeschikking volkomen te negeren. Op 14 maart 1939 zeulde hij onder de rook van de nazi’s de koffer met onvoltooide romans en verhalen, brieven, aforismen en dagboeken uit Praag vandaan. Hij vluchtte naar Palestina; de Verenigde Staten wilden hem, ondanks de bemiddeling van Thomas Mann, niet hebben. In de Nieuwe Wereld was er geen emplooi voor Max Brod.

Esther Hoffe

Na de oorlog schonk Brod de manuscripten aan zijn privésecretaresse Esther Hoffe, een gift die hij in 1952 bekrachtigde met een authentieke schenkingsbrief. Ook stelde Brod in 1961 Hoffe aan als executeur-testamentair over zijn eigen literaire nalatenschap. Die moest worden ondergebracht in een archief in Israël: de Nationale Bibliotheek van Tel Aviv of het archief van de Universiteit van Jeruzalem. Toen Hoffe in 2007 overleed, had ze nog steeds niet besloten welke van de twee het zou worden. Bij de bekrachtiging van haar testament – een staatsaangelegenheid in Israël – kwam de Nationale Bibliotheek in het geweer tegen aanspraken van de dochters van de privésecretaresse. De bibliotheek eiste niet alleen de literaire nalatenschap van Brod op, maar ook die van Franz Kafka, en wilde daarvoor geen cent betalen.

Uiteindelijk stelde het hooggerechtshof in 2016 de eiser in het gelijk. Soms moet je het land behoeden voor geldbeluste nazaten die Israëlisch cultureel erfgoed aan de hoogste bieder willen verpatsen. Eva Hoffe, op dat moment nog de enige levende dochter van Esther, werd gesommeerd de nalatenschap aan de bibliotheek over te dragen. Haar verweer dat de manuscripten van Kafka aan haar moeder waren geschonken, waardoor ze geen deel uitmaakte van de literaire nalatenschap van Max Brod, werd door het hof niet erkend. ‘Ik voelde me in dat proces van meet af aan als een dier dat naar de slachtbank wordt geleid,’ bekende Eva Hoffe in een interview met Benjamin Balint. Met recht een Kafkaiaanse verzuchting. Balint tekende de uitspraak dankbaar op in Kafka’s laatste proces. De strijd om een literaire nalatenschap.

Max Brod op Schiphol in 1965. Bron: Nationaal archief © Joost Evers / Anefo (cc0)

Absurde toe-eigening

Balint, universitair docent van de Al-Quds Universiteit in Jeruzalem, vindt de toe-eigening van Kafka door de staat Israël nogal absurd. De eerste generatie Israëli’s had niets met de weifelende personages van Kafka die zich doodhongeren, als ongedierte ontwaken (een kever, zo wordt gezegd) of zich willoos laten afslachten door de beulen van een onzichtbare opperrechter. ‘Van wie is Kafka?’ zo vraagt Benjamin Balint zich af. Mag zijn literaire erfenis worden toegekend aan een land dat zijn drie zussen in de gaskamers van Chelmno en Auschwitz heeft omgebracht, hoezeer de literatuur van dat land hem ook gevormd heeft? Of is de claim van Israël gerechtvaardigd: ‘Kafka, schrijver van joodse literatuur in een niet-joodse taal, hoort thuis in de joodse staat,’ al stond hij nog zo ambivalent tegenover het zionisme. (Kafka bezocht in 1913 het Elfde Zionistische Wereldcongres in Wenen, hij was er vanwege zijn werk voor de ArbeiterUnfallVersicherungs-Anstalt toch. ‘Op dat Zionistische congres zat ik alsof het mij allemaal volkomen vreemd was, al was er ook veel wat me beklemde of amuseerde,’ schrijft hij aan Max Brod). In hoeverre mag een staat zich ten slotte cultureel erfgoed toe-eigenen, als die handeling tot onteigening van privébezit leidt?

Waar hoort het archief van Kafka kortom thuis? Archief komt van het Griekse woord arkhē (ἀρχή), wat ‘begin’, ‘oorsprong’, ‘eerste plek’ betekent. Ook in het tijdperk van zijn ultieme reproduceerbaarheid – die van de digitale revolutie – is de vraag waar het oorspronkelijke kunstwerk zich bevindt een kwestie van staatsbelang. De Nationale Bibliotheek van Tel Aviv heeft toegezegd de manuscripten te zullen digitaliseren en openbaren via het internet. Die Republiek der Letteren is in ieder geval universeel, maar dat doet niets af aan de grimmigheid waarmee deze strijd gestreden is.

Eenduidig vonnis

Balint schreef een meesterlijk boek over de zaak. Kafka’s laatste proces. De strijd om een literaire nalatenschap gaat niet alleen over de juridische en morele consequenties van de procedure, maar ook over de betekenis van het werk van Franz Kafka in het licht van deze rechtszaak. Uiteindelijk gaat het boek over niets minder dan het wezen van de literatuur.

Kafka is de ultieme vertolker van de wanhoop van de diaspora. Kafka is de joodse exegeet die volgens de Israëlische letterkundige Gershom Scholem beschreef wat het betekent te moeten leven met een Wetgever die ‘Zijn aangezicht verborgen heeft’. Kafka gaf uitdrukking aan een wereld waarin God dood is, maar Zijn Wet nog na-ijlt in de harten en de hoofden van de verweesde mensheid. Kafka is een groteske satire op het Wagneriaanse antisemitisme, waarin de vaderlandloze geassimileerde jood niets anders rest dan de taal en het burgerdom van zijn gastheer te imiteren. (Een vorm van na-aperij die Kafka in Ein Bericht für eine Akademie vrij letterlijk heeft genomen. Daarin houdt een aap een enthousiaste lezing voor een hooggeleerd gezelschap over zijn miraculeuze ontsnapping van een stoomschip door de gedaante van een mens aan te nemen). Al die betekenissen kun je toekennen aan het oeuvre van Franz Kafka. De ambiguïteit van zijn proza maakt deel uit van zijn genialiteit. En wee je gebeente, als je met een schriftgeleerde, instantie of staat te maken krijgt die beweert dat er maar één lezing mogelijk is.

Kafka’s laatste proces. De strijd om een literaire nalatenschap
Benjamin Balint
Uitgeverij Bas Lubberhuizen
ISBN 9789059375284
Verschenen in februari 2019

Bestelinformatie

Koop bij Athenaeum Boekhandel

 

Bestel als paperback bij Athenaeum Boekhandel (€ 24,99)
Bestel als ebook bij Athenaeum Boekhandel (€ 12,99) Koop bij bol.com Bestel als paperback bij bol.com (€ 24,99)
Bestel als ebook bij bol.com (€ 12,99)
Eric Palmen
Eric Palmen
Eric Palmen is historicus en hoofdredacteur van Biografieportaal. Hij schreef onder andere Kaat Mossel, helleveeg van Rotterdam en Dwaze liefde, een familiegeschiedenis, uitgegeven bij Prometheus. Voor Historisch Nieuwsblad, de Volkskrant,Vrij Nederland, Het Parool en Elsevier Weekblad schreef hij artikelen over de biografie.

Fijn als je dit artikel met anderen deelt:

Lees ook...

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Vul alstublieft uw commentaar in!
Vul hier uw naam in