In 1945 begon Boris Pasternak een boek te schrijven waarvan hij zeker wist dat het nooit zou worden uitgegeven. De werktitel luidde Scenes uit een halve eeuw dagelijks leven, maar de wereld leerde de roman kennen als Dokter Zjivago. Het rode leger had net nazi-Duitsland verslagen, uit Oxford bereikte hem het bericht dat zijn vader was overleden. Leonid Pasternak en Roza Kaufman waren in 1921 de Sovjet-Unie ontvlucht, hun zonen Boris en Alexander achterlatend. Zij was een niet onverdienstelijk concertpianiste, hij had in tsaristisch Rusland naam gemaakt met zijn post-impressionistische schilderijen. Het appartement in Moskou was een ontmoetingsplaats voor de Russische intelligentsia. Lev Tolstoj, Sergej Rachmanininov en Aleksander Skrjabin waren er kind aan huis. In die omgeving groeide Boris Pasternak op, hij was ‘eraan gewend geraakt om het sublieme en exclusieve te behandelen als iets natuurlijks, als levensnorm.’ De dood van de vader spoorde hem aan ‘het grote schilderij’ te voltooien dat hij in zijn hoofd had, een episch werk dat uitdrukking moest geven aan de weerloosheid van het individu tegenover het raderwerk van de geschiedenis. Pasternak, wiens naam als dichter gevestigd was met de publicatie van Mijn zuster het leven in 1922, brandde van schaamte vanwege zijn roem, “omdat mijn rol zo monsterlijk opgeblazen is,” terwijl zijn vader levenslang de erkenning moest ontberen waar hij zoveel recht op had, en ging gebukt onder “het constante, knagende gevoel van een oplichter”. Hij hoopte met de voltooiing van Dokter Zjivago eindelijk te worden wie hij was: een romanschrijver in de traditie van Toergenjev en Tolstoi, de helden uit zijn jeugd. Het project nam meer dan tien jaar in beslag.
De zaak Zjivago
In De zaak Zjivago. Het Kremlin, de CIA en de strijd om een verboden boek ontrafelen Peter Finn en Petra Couvée ontstaans- en receptiegeschiedenis van Dokter Zjivago. Om maar meteen met de deur in huis te vallen: De zaak Zjivago is een meesterlijk boek, een biografie die leest als een politieke thriller, waarin de supermachten de verbeelding tot inzet van de Koude Oorlog hebben gemaakt.
Schrijvers, aldus Jozef Stalin, zijn “de ingenieurs van de menselijke ziel.” Vandaar dat hij ze zo vreesde. Tijdens de Grote Zuivering van 1936-1939 kwamen zo’n 1500 auteurs om het leven, onder wie Boris Piljnak, die de publicatie in het westen van zijn novelle Roodhout met een nekschot moest bekopen, en Osip Mandelstam – hij had Stalin vereeuwigd als “zijn vingers zijn dik als wormen zo vet / En onder zijn woorden wordt alles geplet.” Dat Pasternak de terreur van de jaren dertig overleefde, mag een wonder heten. Hij zette zich openlijk in voor Mandelstam en weigerde mee te doen aan de publieke lastercampagnes waarmee collega-schrijvers aan de schandpaal werden genageld. Hij deelde Stalin mee dat hij was opgegroeid met “Tolstojaanse overtuigingen”. Die hielden onder andere in dat “ik niet heb overwogen dat ik het recht heb om te oordelen over leven en dood van anderen.” Volgens Stalin liep Pasternak met zijn hoofd in de wolken. Hij liet de nar met rust.
Vanwege de Grote Zuivering had Pasternak iedere illusie over de zegeningen van de Oktoberrevolutie verloren. Hij had ooit de lof van Stalin gezongen, maar legde Joeri Zjivago, de hoofdfiguur van zijn epos, nu heel andere woorden in de mond. “Ten eerste kan ik niet meer in vuur en vlam raken van een algehele vervolmaking zoals die sinds oktober worden uitgedragen, en ten tweede is dit alles nog ver verwijderd van de dag van verwezenlijking terwijl er toch al zeeën van bloed zijn vergoten ter wille van al deze frasen. Het doel rechtvaardigt de middelen niet. En ten derde, en dat is wel het belangrijkste, verlies ik de macht over mijzelf en word ik wanhopig als ik hoor over de omvorming van het leven.” Pasternak schreef de meest controversiële passage van Dokter Zjivago op het papier van Titsian Tabidze, een Georgische dichter die in 1937 om het leven werd gebracht. Pasternak had het papier, een kleinood tijdens de naoorlogse schaarste, van de weduwe gekregen. Hij las het manuscript voor aan een groep van vertrouwelingen, onder wie de pianist Svjatovslav Richter en zijn eega Nina Dorliak. Niettemin wist de geheime dienst te infiltreren. Kaartvriend Joeri Krotkov was, behalve toneelschrijver, ook KGB-agent. In 1952 werd Pasternak door een hartaanval getroffen, volgens hem “een ziekte van onze tijd.” Joeri Zjivago: “Zonder kwade gevolgen voor je gezondheid is het onmogelijk je dag in, dag uit een tegenstander te verklaren van datgene wat je voelt, datgene te verdedigen waar je niet van houdt, om je te verheugen in iets wat je ongeluk brengt.” Een gemangeld hart gaat ten gronde.
Het westen en dokter Zjivago
Toen Pasternak in december 1955 “het grote schilderij” voltooid had, was hij overtuigd van de kwaliteit van zijn werk. “Al wat kostbaar en belangrijk is, is fris en opnieuw gedefinieerd: hemel en aarde, grote passie, de creatieve geest, leven en dood.” Hij wist ook dat de autoriteiten niet zouden toestaan dat de roman werd gepubliceerd. Pasternak overwoog afschriften van het manuscript onder vrienden te distribueren, en het daarbij te laten. Een obscure communistische uitgever in Italië, Giangiacomo Feltrinelli, wilde Dokter Zjivago integraal uitgeven toen hij van het epos hoorde. Pasternak dreigde hetzelfde lot als Boris Piljnak, maar had daar vrede mee. De tijden waren veranderd. Tijdens het twintigste partijcongres deed partijsecretaris Chroesjtsjov de misdaden uit te doeken die tijdens het regime van Stalin, overleden in 1953, hadden plaatsgevonden. Wellicht was er ruimte voor een detente van de verbeelding, maar die hoop werd met de inval van het Rode Leger in Hongarije de bodem ingeslagen. Behalve Feltrinelli was ook de CIA geïnteresseerd in het manuscript. Literatuur was een machtig wapen in de clash tussen het kapitalistische westen en communistische oosten. De CIA opereerde in Europa onder verschillende dekmantels als een van de grootste subsidieverleners van de Letteren. James Joyce, Ernest Hemingway en Vladimir Nabokov – om er maar een paar te noemen – moesten de burgers achter het IJzeren Gordijn overtuigen van de superioriteit van het vrije westen. Dokter Zjivago werd het paradepaardje van het Free Europe Committee.
Tijdens de Wereldtentoonstelling in Brussel in 1958, sowieso een strijdtoneel van de Koude Oorlog, wist de CIA via de stand van Vaticaanstad 3000 exemplaren van Dokter Zjivago onder de Russische bezoekers te verspreiden. Een Nederlandse drukkerij, Mouton & Co, en de BVD waren nauw betrokken bij de operatie. Inmiddels werd Dokter Zjivago in de rest van de wereld een bestseller. Zo verdrong de roman in de Verenigde Staten Lolita van Nabokov van de eerste plaats. De Zweedse Academie maakte zich op om de Nobelprijs aan Boris Pasternak toe te kennen. Op papier was Pasternak een steenrijk man, maar de royalty’s in het buitenland waren bevroren, want aan het thuisfront was inmiddels de hel losgebroken.
Lastercampagne
Moskou was not amused over het succes van Dokter Zjivago en greep naar het aloude middel van de smeercampagne om hun literaire godenzoon door het slijk te halen. Op zaterdag 25 oktober 1958, twee dagen nadat hem de Nobelprijs was toegekend, verscheen in het gerenommeerde literaire tijdschrift Literatoernaja Gazeta een artikel waarin Pasternak werd voorgesteld als het “lokaas aan de roestige haak van anti-Sovjetpropaganda”. Op instigatie van Chroesjtsjov deed Vladimir Semitsjastni tijdens zijn rede voor de jongerenorganisatie van de Communistische Partij er nog een schepje bovenop. Hij vond de vergelijking tussen Pasternak en een varken beledigend. Voor het varken welteverstaan, want die bevuilt zijn eigen nest niet. De schrijversbond, waarvan het lidmaatschap noodzakelijk was om in de Sovjet-Unie als auteur te kunnen existeren, excommuniceerde de afvallige. Collega-schrijvers als Galina Nikolajeva zagen in Pasternak de wederopstanding van de Russische collaborateur tijdens de oorlog, Nikolaj Tjoekovski beet hem in zijn rede voor de schrijversbond toe: “Pasternak heeft eindelijk zijn masker afgelegd en openlijk erkend dat hij onze vijand is. Laten we daarom doen wat we altijd doen met onze vijanden.” Het oordeel van de Bond was unaniem: “Indachtig Pasternaks politieke en morele verval, zijn verraad aan de Sovjet-Unie, aan het socialisme, vrede en vooruitgang, dat beloond werd met de Nobelprijs om zo de Koude Oorlog aan te wakkeren, ontneemt het bestuur van de Bond van Schrijvers Boris Pasternak de titel Sovjetschrijver en verwijdert hem uit de Bond van Schrijvers van de USSR.” Pasternak was in het land der letteren een stateloos schrijver geworden en overwoog zelfmoord. Hij schreef in de Pravda uiteindelijk een open excuusbrief aan het volk. Ook weigerde hij de Nobelprijs, waarvan de toekenning hem zielsgelukkig had gemaakt, te aanvaarden.
Op 30 mei 1960 overleed Boris Pasternak. De autoriteiten besteedden nauwelijks aandacht aan zijn dood, er verschenen geen In Memoriams. Wel doken er in Moskou clandestiene briefjes op, waarin zijn begrafenis werd aangekondigd. Op donderdag 2 juni 1960 stroomden duizenden Russen uit om Pasternak naar zijn laatste rustplaats te begeleiden, het kerkhof van zijn datsja. “De dragers voor aan de stoet liepen zo snel dat het lichaam wel op een oceaan van mensen leek te drijven.”
Ja, De zaak Zjivago. Het Kremlin, de CIA en de strijd om een verboden boek is ook nog eens goed geschreven. Een absolute aanrader.
De zaak Zjivago. Het Kremlin, de CIA en de strijd om een verboden boek
Peter Finn, Petra Couvée
Uitgeverij Nieuw Amsterdam
ISBN 9789046816622
Verschenen in juni 2014
Bestelinformatie
Koop bij Athenaeum Boekhandel
Bestel hier als paperback bij Athenaeum Boekhandel (€ 24,95)
Bestel hier als ebook bij Athenaeum Boekhandel (€ 15,99)
Dr.ZHiVAGO van Boris Pasternak, is een van de beste literaire boeken die ik ooit heb gelezen, in het Spaans. Schitterende woordenkeus en doorlopende spanning. Uniek.