Een museum op papier: de geïllustreerde biografie van Louis Couperus 

Op 16 juli is het honderd jaar geleden dat Louis Couperus overleed. De schrijver van onvergetelijke romans als Eline Vere, Van oude menschen, de dingen die voorbijgaan en De stille kracht, kreeg maar liefst vijf biografieën. Op 1 juni verscheen Louis Couperus, een verwende vagebond. De geïllustreerde biografie door Caroline de Westenholz.

In 1991 schreef Frédéric Bastet: “Het monumentale oeuvre van Louis Couperus (1863-1923) en de kwaliteit ervan hebben de laatste jaren tevens een groeiende aandacht voor zijn fascinerende persoonlijkheid teweeggebracht.” Die groeiende aandacht had hij deels zelf in gang gezet met zijn prachtige biografie uit 1987. Die werd alom geprezen. Wel hadden ‘velen hun teleurstelling geuit dat aan Couperus’ levensbeschrijving geen illustraties waren toegevoegd’. Daarom verzorgde Bastet in 1991 De wereld van Louis Couperus, een iconografische biografie. Het is een heerlijk kijk- en leesboek waarin niet alleen alle portretten van Couperus, zijn familie en vrienden verzameld waren, maar ook afbeeldingen van de huizen en buitenlandse pensions waar hij gewoond had. Couperus reisde veel en bracht het grootste deel van zijn leven buiten Den Haag door. De afbeeldingen brachten Couperus’ leefwereld dichterbij en boden waardevolle achtergrondinformatie bij zijn romans, vooral bij de historische romans als De berg van licht die in de antieke oudheid spelen.

Louis Couperus rond 1900. Ftograaf: M. Goldsmid (Public Domain)

Veel onderzoek en een museum

Bastets boek is inmiddels verouderd. Er is sindsdien veel onderzoek gedaan en gepubliceerd. In de loop van de jaren is nieuw materiaal boven water gekomen: onbekende foto’s van Couperus zelf, brieven van hem of van mensen die hij gekend heeft. Wat niet veranderd is: in 2023 is de aandacht voor Louis Couperus nog steeds groot. Zijn werk wordt volop gelezen (en niet alleen aan de universiteit), de romans worden bewerkt tot toneelstukken en er is een cd met liederen gebaseerd op zijn werk. De uitgave van Couperus’ Volledige Werken (1987-1996) in vijftig delen geldt als een van de eerste Nederlandse tekstedities die volgens wetenschappelijke, tekstkritische normen tot stand zijn gekomen. In het jubileumjaar 2013 verscheen de complete briefwisseling van Couperus, een editie van de grote Couperus-kenner H.T.M. van Vliet, die naar verluidt aan een nieuwe biografie werkt.

Bastets biografie leidde indertijd tot de oprichting van het Louis Couperus Genootschap, dat nog altijd de grootste literaire ‘fanclub’ van Nederland is. Sinds 1996 is er een Louis Couperus Museum aan de Javastraat in Den Haag. Dit museum maakt het leven en het oeuvre van Couperus zichtbaar in twee tentoonstellingen per jaar. Het museum erfde het fotoarchief van Bastet en heeft inmiddels een grote collectie afbeeldingen en voorwerpen opgebouwd. Caroline de Westenholz, directeur en oprichter van het museum, is dan ook bij uitstek toegerust om een nieuwe visuele biografie van Couperus te verzorgen. Louis Couperus, een verwende vagebond is twee keer zo dik als zijn voorganger. Het boek telt maar liefst 400 foto’s, is fraai vormgegeven en gedrukt op mooi papier. Een prachtige jubileumuitgave in dit herdenkingsjaar.  

Louis Couperus en zijn echtgenote Elisabeth Baud in Japan, 1922 Bron: Nationaal archief (Public Domain)

Een reizende schrijver

In zes hoofdstukken beschrijft De Westenholz chronologisch het leven van de schrijver en ze schept een beeld van de tijd waarin hij leefde. In een prettig leesbare vertelstijl, soms wat te populair, beschrijft zij de jeugd van Couperus als verwende jongste zoon in een groot Haags-Indisch gezin. Van 1872 tot 1878 woonde hij in Nederlands-Indië, waar hij zich voelde ‘rijpen als een groen vruchtje’. Zijn schoolcarrière mislukte, maar de talentvolle Couperus debuteerde als dichter met Een lent van vaerzen. Hij verliet dat genre gelukkig al na twee bundels om de vuistdikke roman Eline Vere te schrijven. Dat boek ‘sloeg in als een bom’. Hij publiceerde meer psychologische romans, met het noodlot als belangrijk thema, en legde zich toe op symbolistische sprookjes. Na zijn huwelijk met zijn achternicht Elisabeth Baud woonde hij jarenlang in Nice en Florence. In de jaren 1900-1910 verschenen zijn bekendste ‘Haagse’ romans De boeken der kleine zielen, Langs lijnen der geleidelijkheid en Van oude menschen, de dingen die voorbijgaan. Een reis naar Java in 1899 leidde tot De stille kracht. Toen zijn romans minder goed gingen verkopen, legde hij zich meer toe op journalistiek en reisverslagen. Zo schreef hij tientallennog steeds heel leesbare, persoonlijke feuilletons, onder meer gebundeld in Van en over mijzelf en anderen. 

In februari 1915 keerden Couperus en zijn vrouw vanwege de Eerste Wereldoorlog terug naar Den Haag. In Nederland gaf hij zijn beroemde lezingen, die zowel lof als kritiek oogstten. In die jaren brak hij door in de Engels- en Duitstalige landen. Ook publiceerde hij historische romans als De komedianten, Xerxes en Iskander. Na een reis door Noord-Afrika in 1920-1921, vertrok hij in het najaar van 1921 voor zijn laatste reis naar Nederlands-Indië en Japan. In Japan werd hij doodziek, maar bleef stug doorschrijven aan zijn bijdragen voor De Haagsche Post, de krant die hem op reis had gestuurd. Na terugkeer in Nederland werd Couperus uitvoerig gehuldigd voor zijn zestigste verjaardag op 10 juni 1923. Op de foto’s oogt hij ziek en breekbaar. Op 17 juli 1923 overleed hij in De Steeg, in het nieuwe huis dat zijn bewonderaars voor hem hadden gefinancierd. De Westenholz geeft niet alleen de levensfeiten weer, maar maakt ook allerlei thematische uitstapjes, zoals naar homoseksualiteit, visie op religie of de theaterbewerkingen van Couperus’ romans, vaak gebaseerd op de tentoonstellingen in het museum. Ze bespreekt de inhoud van de meeste romans kort en kiest treffende citaten. 

Geslaagd omslag

De Westenholz illustreert het levensverhaal van Couperus op iedere pagina met twee of drie illustraties, waarvan vele in full colour. Het is mooi om al Couperus’ portretten (en spotprenten) zo bij elkaar te zien, want de sfeer en stijl van die portretten loopt zeer uiteen. Couperus had uitgesproken meningen over zijn portretten. Zo wilde hij de tekening dat het omslag siert zelf niet in Extaze laten afdrukken. Ik vind dit omslag juist bijzonder geslaagd. Want waar Bastet koos voor een foto van een flanerende Couperus (met wandelstok) in Den Haag, koos Westenholz met deze tekening van Jan Veth (nu te zien in het Dordrechts Museum) voor een bredere visie op de schrijver. Minder ‘Haags’, minder Eline Vere. En dat past beter bij de vele nieuwe benaderingen van zijn leven en werk, zoals Mary Kemperink ze noemt in haar inleiding: ‘oriëntalisme, gender, celebriteit en self-fashioning’. Zo zijn de slotpagina’s gewijd aan de huidige expositie ‘Louis Couperus – non-binair avant la lettre?’ Een waardevolle toevoeging ten opzichte van Bastets boek zijn de omslagen van de eerste drukken van Couperus’ oeuvre in kleur. Couperus’ uitgever Veen besteedde veel aandacht aan die omslagen en liet ze vaak ontwerpen door grote kunstenaars als Jan Toorop.

Lang niet alle foto’s uit De wereld van Louis Couperus zijn opnieuw in deze uitgave opgenomen. Zo miste ik de foto van Couperus en zijn vrouw bij een Japanse pagode in 1922. Zelfs met 400 afbeeldingen blijft er voor Couperus-liefhebbers natuurlijk wat te wensen over, zoals foto’s van het interieur van Surinamestraat 20 in Den Haag, de woning waar Couperus Eline Vere schreef en die lang in de originele staat behouden bleef. 

Slechts een stukje

Op de tentoonstellingen in het Louis Couperus Museum zijn in de afgelopen decennia veel kunstwerken te zien geweest: schilderijen van tijdgenoten van Couperus of objecten uit volkenkundige musea. Hiervan is weinig afgebeeld in Een verwende vagebond. Weliswaar zijn er veel (amateur)foto’s van de museale opstellingen, maar daarop is meestal slechts een klein deel van zo’n object of schilderij te zien. Dat is heel jammer, want die foto’s maken juist zo nieuwsgierig naar de oorspronkelijke museumstukken. En wat zou het mooi zijn als er een boek werd gemaakt met full colour afbeeldingen van alle kunst die geïnspireerd is door Couperus’ oeuvre, zoals het schilderij van Marko Klomp van Eline Vere dat op de achtergrond te zien is op pagina 362.

Een tweede probleem van de foto’s van de museale opstellingen zijn de bijschriften. Die neigen soms naar anachronistische kitsch, zoals: ‘De Couperuspop staat nostalgisch te kijken naar een powerpointpresentatie van zijn leven in Nice op de tentoonstelling ‘Louis Couperus columnist’ in het Louis Couperus Museum (2009).’ Daardoor krijgt de lezer het gevoel een plakboek van het museum te lezen, zoals de plakboeken die op de allereerste foto zijn afgebeeld. De screenprint van Instagram op pagina 92 voegt bijvoorbeeld ook weinig toe.  Deze afbeeldingen zijn vast wel van waarde voor de vrijwillige medewerkers van het Louis Couperus Museum aan wie het boek – volkomen terecht –  is opgedragen en ‘zonder wie het allemaal niet mogelijk was geweest.’

Literair voyeurisme

Ondanks deze oneffenheden biedt Louis Couperus, een verwende vagebond aan alle lezers wat de ondertitel belooft: een geïllustreerde biografie. Een levensbeschrijving waarin zwart/wit afbeeldingen geen bijrol in een middenkatern vervullen, maar juist de hoofdrol krijgen. Het is wonderlijk dat zulke fraai geïllustreerde levensbeschrijvingen zeldzaam zijn in Nederland, terwijl beeld juist steeds belangrijker wordt in de media. Het Literatuurmuseum, toen nog Letterkundig Museum, bracht jarenlang een serie Schrijversprentenboeken uit, gewijd aan één schrijver of een groep schrijvers. Ook Couperus kreeg in 1963 (ter gelegenheid van de honderdste geboortedag) zo’n overzichtswerk, dat twee herdrukken beleefde. Die prentenboeken boden een toegankelijke en aantrekkelijke introductie op het oeuvre van een schrijver voor een breder publiek dan een klassieke biografie die al snel 400 dichtbedrukte pagina’s telt. De serie Schrijversprentenboeken lijkt beëindigd te zijn en dat is te betreuren, want veel lezers zijn onuitputtelijk nieuwsgierig naar de auteur wiens werk ze bewonderen. Ze willen zien waar hij schreef, van welke borden hij at, wat hij droeg, met wie hij bevriend was, waar hij uit ging en hoe zijn handschrift eruit zag. Een verwende vagebond voldoet ruimschoots aan deze wens tot literair voyeurisme.

Louis Couperus, een verwende vagebond. De geïllustreerde biografie
Caroline de Westenholz
Uitgeverij Lias 
ISBN hardcover 9789088031281    
Verschenen in mei 2023

Bestelinformatie

Bestel als hardcover bij bol.com (€ 34,99)

Petra Teunissen-Nijsse
Petra Teunissen-Nijsse
Petra Teunissen-Nijsse werkt als freelance redacteur, journalist en biografisch onderzoeker. Zij publiceerde over Louis Couperus, Carry van Bruggen en Clare Lennart. In juni 2017 promoveerde zij op het proefschrift Voor ’t gewone leven ongeschikt. Een biografie van Clare Lennart. Haar tekstbureau heet Leven in Woorden

Fijn als je dit artikel met anderen deelt:

Lees ook...

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Vul alstublieft uw commentaar in!
Vul hier uw naam in