De wording van Gerrit Komrij doet verlangen naar een compleet schrijversleven

Waar begin je met het schrijven van een biografie? Niet per se met de kinderjaren. Van meerdere biografen en uit eigen ervaring weet ik dat er soms gekozen wordt voor een belangrijk kantelpunt in iemands leven of, in het geval van een schrijversbiografie, voor het moment waarop het schrijversleven een aanvang nam of voor de periode waarover de biograaf compleet is in zijn materiaal. Zo beschouwd zou De wording van Gerrit Komrij van Arie Pos het begin van een complete biografie kunnen zijn. De vraag is dan wel wat de biograaf ertoe drijft om een belangrijk deel van zijn verhaal al ‘weg te geven’. Warmlopen op zijn onderwerp hoefde Pos niet meer. Al eerder schreef de literair vertaler uit het Portugees een uitgebreide inleiding op Komrijs vroege, niet eerder gepubliceerde roman De lange oren van koning Midas uit 1965, waarvoor hij kon putten uit dagboeken en aantekenschriftjes van Gerrit Komrij (1944-2012). Komrij schreef deze roman in het jaar dat hij op Kreta verbleef en dat het kantelpunt in zijn nog jonge leven zou worden, omdat hij – weer terug in Nederland – definitief besloot te kiezen voor het schrijverschap én zijn homoseksualiteit. Dat moment viel middenin de periode 1963-1968, Komrijs vormende jaren die begonnen met zijn verhuizing van Winterswijk naar Amsterdam tot en met het moment dat hij officieel debuteerde.

De kans dat het ‘biografisch portret’ zal uitgroeien tot dé ‘klassieke’ biografie lijkt echter niet groot. Bij de presentatie van het boek in Komrijs geboorteplaats temperde de schrijver op voorhand de verwachtingen. ‘Dit boek,’ zo hield hij zijn gehoor voor, ‘zal voor velen een teleurstelling zijn. Want: is dit nou de biografie?’ Pos gaf aan zelf niet zo’n voorstander te zijn van dikke boeken. Daarbij komt, zo verklaarde hij, dat aan Komrijs schrijversleven zoveel aspecten zitten dat ze moeilijk in één boek te vangen zijn. Wel sprak hij over boeken van romanomvang, handelend over ‘bepaalde periodes’, waaruit mag worden opgemaakt dat meerdere deelstudies te verwachten zijn, maar geen allesomvattend werk.

Van Amsterdam naar Kreta

De wording van Gerrit Komrij begint met diens Amsterdamse studentenjaren waarin hij, zijn geaardheid volgend, zich vol overgave in het nachtleven van homobars en besloten clubs stortte. Verstoppertje spelen is er niet bij. Komrij paradeert, beschilderd en bepoederd, door het AMVJ-gebouw waarin hij zijn intrek heeft genomen. Onder de indruk raakt hij vooral van popiconen als Brian Jones en Paul McCartney. Op de laatste wordt hij zelfs smoorverliefd. Ook meet hij zich een mod-look aan. Door zijn verkenningen in de ‘homosien’ raakt zijn studie Nederlands al snel op de achtergrond. Wel volgt hij geregeld hoorcolleges Hebreeuws, Latijn, Grieks en middeleeuwse filosofie. Als de AMVJ-kabouters hem de wacht hebben aangezegd komt hij terecht tussen twee antiburgerlijke subculturen. Korte tijd maakt hij deel uit van de provo-generatie. Maar ondanks dat de rebellie tegen de gevestigde orde broeide, wist niemand nog waar het heen moest. Ook Komrij zelf weet het niet meer. Zijn Amsterdamse leven wordt steeds verwarrender. In de liefde weet hij niet waar hij het zoeken moet en na een aantal verhuizingen vertrekt hij in juni 1965, achtervolgd door schuldeisers, met vriendin Ellen Jonkers naar Kreta. In de Kreta-roman die hij daar schrijft draait het eilandleven om een kring vrienden, drank, vreemdgaan, ruzies en een continu gebrek aan geld.

Door zijn eerdere kennismaking met Theo Sontrop, die later zijn uitgever zal worden, komt Komrij aan zijn eerste vertaalopdrachten en de toezegging tijdschriften voor zijn gedichten te interesseren, wat leidt tot poëziepublicaties in Hollands Maandblad. Het experimenteren met vormen legt voor een deel het fundament voor zijn latere werk, maar hij stapt al snel af van de aanvankelijk gekozen ik-vorm en het herkenbaar autobiografische. Nadat zijn vriendin Ellen hem in de steek heeft gelaten raakt Komrij in een verwarde geestestoestand en het schrijven confronteert hem hard met het probleem van zijn homoseksualiteit. Zelfontluistering en doodsvisioenen zijn het gevolg. Hij was anders dan de liederlijk ronddollende hippiekolonie, maar de vraag was hoe dat aan zichzelf uit te leggen.

Van sinaasappelkistjes naar art déco

Terug in Amsterdam ontmoet Komrij opnieuw Charles Hofman, die later de liefde van zijn leven zal blijken en met wie hij al spoedig ‘het vrolijkste homostel van Amsterdam’ vormt. Maar daarmee is hij nog niet uit het financiële dal. Dat gebeurt pas als hij ook vaste voet aan de grond krijgt bij uitgeverij De Arbeiderspers, waar redacteur Martin Ros hem aan de ene na de andere vertaalopdracht zet, van Duits tot Nieuw-Grieks. Beiden vinden elkaar in hun fascinatie voor ‘het hele erge’.

Ondertussen heeft Komrij zich met Charles Hofman te midden van sinaasappelkistjes gevestigd op de tweede verdieping van een pand aan de Van Lennepkade, van waaruit ze het grof vuil en vlooienmarkten afstruinen naar afgedankte art déco en art nouveau spullen. Heiligenbeelden en roomse kitsch voegen zich naast ontwerpen van de Amsterdamse School. Komrij wordt een kenner op dat terrein en publiceert er ook over. Zeer nauwgezet is Pos als hij optekent hoe Komrij zich inspant om in Amsterdam een telefoonaansluiting te bemachtigen, een kwestie die twee jaar in beslag neemt.

Tussen vertalingen en poëzie

Nadat uitgevers bij herhaling zijn gedichten hebben afgewezen, volgt er uiteindelijk succes nadat Sontrop zich ernstig met de samenstelling en publicatie van zijn debuutbundel heeft bemoeid. Maagdenburgse halve bollen en andere gedichten verschijnt in juni 1968 in de Giraffe-reeks voor debutanten. De gedichten in de bundel zijn sterk verwant aan de knittelverzen van De Schoolmeester en aan de met verhevenheid en alledaagsheid spelende gedichten van Dèr Mouw. Ondanks dat ze aan alle kanten rammelen en bepaald niet vormvast zijn, weet de jonge dichter met zijn schokeffecten en onwelvoeglijke taal de aandacht te trekken. Seksuele toespelingen zijn er in overvloed, zoals in het gedicht ‘Pluimsteken’, waarin toch ook een ‘ik’ de kop opsteekt, die in latere edities zal worden vervangen door de tweede persoon ‘je’:

Ik lig bij Charles en moet een spreekwoord zeggen.
‘Wat ademt doet vier daden met mondjesmaat:
Sjoelbakken, naaien, helden- en eieren leggen.’
Dat is goed, zegt hij, en hij knikt kordaat.

Ga door, zegt hij, ik wil nog meer horen.
‘Een rood kapje is beter dan een klein duimpje.’
‘In Holland is de diepvries diep gevroren.’
Hij lijkt tevreden. ‘Krijg ik nu een pluimpje?’

‘Je krijgt een pluimpje, maar zeg eerst meer.’
Ik heb uit van slapen, en vertelt wát ik weet.
Charles stapt het bed uit, haalt een veer
En stopt die bedachtzaam in m’n reet.

Maar geheimen of sentimenten worden er in Komrijs poëzie niet prijsgegeven en zo werkt hij gaandeweg aan zijn imago van ontsnappingskunstenaar.

Kees Fens laat het ‘spitse en spottende geslijp van een echte verzenmaker’ nogal koud. Voor C. Buddingh’ daarentegen behoren Komrijs verzen tot de categorie gedichten ‘die je als het ware veroveren moet […] tot ze je overrompelen met een volheid die je er nooit in had vermoed’. Komrij is wat hem betreft dan ook de ‘poëtische debutant van het jaar’. Naast zijn dichtbundel verschijnen van Komrij datzelfde jaar maar liefst zeven vertalingen. Geleidelijk aan begint de dichter-vertaler zichzelf serieus te nemen. Tegelijkertijd is hij als de dood serieus te worden genomen. Dat neemt niet weg dat hij besluit lid te worden van de Vereniging van Letterkundigen. De paradox en maskerade zijn geschapen. De groei in het leven kan beginnen.

Voor wie Arie Pos’ eerdere Komrij-inleiding al heeft gelezen mag De wording misschien weinig echt nieuws bevatten. Wie dat gemist heeft leest dit boek als het boeiende eerste deel van wat hopelijk uitgroeit tot een biografie in afzonderlijke deelaspecten.

De wording van Gerrit Komrij. Een biografisch portret
Arie Pos
Bezige Bij
ISBN paperback 9789403180717 
ISBN ebook 9789403192116
Verschenen in juni 2022

Bestelinformatie

Bestel als paperback bij bol.com (€ 29,99)
Bestel als ebook bij bol.com (€ 14,99)

Koop bij Athenaeum Boekhandel

Bestel als paperback bij Athenaeum Boekhandel (€ 29,99)
Bestel als ebook bij Athenaeum Boekhandel (€ 14,99)
Wim Huijser
Wim Huijser
Wim Huijser is schrijver-publicist op het snijvlak van literatuur, geschiedenis en landschap. Hij schreef onder andere een biografie van C. Buddingh’, een monografie van Ton Schulten en tientallen boeken over literatuur en wandelen. Daarnaast stelde hij diverse bloemlezingen samen, waaronder een met wandelfragmenten van J.J. Voskuil.

Fijn als je dit artikel met anderen deelt:

Lees ook...

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Vul alstublieft uw commentaar in!
Vul hier uw naam in