De Belg – Christian Van Thillo, “mediakoning” van de Lage Landen

Wie is Christian van Thillo, de Belgische ondernemer wiens familie inmiddels het AD, De Volkskrant, Trouw en Het Parool bezit, plus zeven regionale dagbladen, van Tubantia, De Stentor, BN/De Stem, De Gelderlander, Brabants Dagblad, Eindhovens Dagblad tot de Provinciaalse Zeeuwse Courant? En die eerder al in België een imperium opbouwde met onder meer dagbladen zoals het populaire Het Laatste Nieuws en de linkse De Morgen, en entertainment bladen die in Nederland volkomen onbekend zijn, zoals het showbizzmagazine Dag Allemaal.

Biograaf Mark Koster werkte twee jaar aan het levensverhaal van de man die al ruim dertig jaar aan zijn Belgisch-Nederlandse imperium bouwt en sinds vorig jaar aast op RTL Nederland. Kosters  werkwijze was zo veel mogelijk journalisten, fotografen, hoofdredacteuren en andere personeelsleden van alle overgenomen media te interviewen, naast archiefonderzoek en het raadplegen van de inmiddels respectabele lijst van al of niet kritische boeken over de media in Nederland en België. Hij stuurde 62 vragen aan Van Thillo, die echter niet wenste mee te werken. Kosters stijl is effectief: veel is in de o.t.t. geschreven alsof het vandaag gebeurt en de uitkomst nog onzeker is. Hij levert trefzekere citaten. Hij schiet af en toe door in zijn moralisme (“goedbetaalde lakeien en laffe jaknikkers”) maar hij heeft de juiste spirit van een democraat en vakbondsman. Zijn vele metaforen zijn origineel. Zo zit Jan Bonjer, baas bij het niet zo innovatieve AD, vóór de overname “opgesloten in een kelder met weckflessen vol oude augurken.” Heerlijk. 

Geen politieke aspiraties

Na lezing van deze dijk van een biografie is duidelijk dat Van Thillo niet in het rijtje past van buitenlandse mediatycoons zoals Rupert Murdoch, Sylvio Berlusconi, Elon Musk en Vincent Bolloré, mannen die een dikke vinger in de pap van de politiek willen hebben. Ter vergelijking: in Italië zette Berlusconi zijn tientallen radio- en televisiezenders in om verkiezingen te winnen en behaalde daarmee volgens onderzoekers soms meer dan tien procent “extra” stemmen voor zijn partij. Van Thillo is een uitgever met drukkerijen, een man die geld wil verdienen en niet een ideoloog die toegang wil tot de hersenpannen en emotionele huishouding van kiezers in Nederland en België.

Dat zou een geruststelling kunnen zijn, ware het niet dat Van Thillo de laatste jaren  – als brave kapitalist – feilloos de verkeerde keuzes lijkt te maken als het gaat om de toekomst van de journalistiek in zijn kranten als dienares van de democratie, waarover straks meer.

Maar verder zal niemand in Nederland zich druk maken, neem ik aan, over het feit dat Van Thillo ook over de Donald Duck, Flair, Libelle, Margriet, Story en andere tijdschriften gaat, plus in België een reeks kranten, bladen, de televisiezender VTM  en pretpark Plopsaland. En in Nederland ook over radiozenders Joe en Qmusic.

Christian van Thillo © DPG-media (CC BY-SA 4.0 DEED) Bron: Wikimedia

Levenslange ergernis

Toch moet hierbij een kanttekening gemaakt worden: Van Thillo behoort tot de Vlaamse elite, van nature niet zo progressief, hij viel voor Amerikaans kapitalistisch managementdenken tijdens zijn studie aan Duke University in de VS en van jongs af aan las hij weliswaar liever het linkse dagblad De Morgen dan de conservatieve De Standaard, maar dat was vooral vanwege “de muziekrecensies van de bands” die hij als adolescent aanbad.  Koster: “De ‘zwartgalligheid’ en ‘zuilengebondenheid’ aan de socialisten stoorden hem. Het zal een levenslange ergernis blijven… Een uitgever moet zich niet binden aan een politieke partij, vond hij.”

Uit de hoofdstukken over de overname van De Morgen en De Volkskrant blijkt inderdaad dat Van Thillo zijn vooroordelen tegen links koestert als een soort kompas tijdens de strijd met redacties die niet snel genoeg meebuigen met hun nieuwe baas – mannen zonder pakken en stropdassen.

Collaborateurs

Zijn houding heeft verder weinig tot niets te maken met het feit dat een deel van zijn familie tijdens de Tweede Wereldoorlog koos voor collaboratie, onder meer door het drukken van het maandblad De Arbeidsman. Christians oudoom Renaat, na 1940 voorman van de Vrijwillige Arbeidsdienst voor Vlaanderen, is ooit ter dood veroordeeld en naar Argentinië gevlucht.

Renaats achterneef had één keer tijdens een interview wel begrip voor de pro-Duitse Vlaamse nationalisten onder zijn voorouders: “Die mensen moesten nog in het Frans naar school gaan, ze kregen geen kansen als ondernemers. Had ik toen geleefd, dan had ik wellicht precies hetzelfde gedaan.” Koster vindt dat Van Thillo vaker op zijn familiegeschiedenis had moeten ingaan, ook vanwege daden van andere verwanten.

Wat moeten we met Kosters mededeling dat Bart de Wever als burgemeester van Antwerpen en voorman van de  Nieuw-Vlaamse Alliantie (N-VA) “lange tijd een steunpilaar voor Christian Van Thillo” was? So what, want deze zakenman papt politiek met iedereen aan. Had hij de Hitlergroet gebracht tijdens de  overname van de voormalige verzetskranten Trouw en Het Parool, dan was er wél een onoverkomelijk probleem geweest natuurlijk.

Hij omschrijft zichzelf als “een liberaal geïnspireerd sociaal-democraat”. Hij vond in 1998 dat “de losgeslagen vrijemarkteconomie ten koste is gegaan van te veel mensen”. Hij zou zich in de VS al verzet hebben “tegen het axioma to maximize shareholder value”. Dat hij toch het imago kreeg van een kille rendementsfanaat ligt aan wat anders: hij moest verlieslijdende dagbladen vlot trekken, dus mensen ontslaan en andere onpopulaire maatregelen nemen – en schoot daarin later door mag je wel zeggen. Met de tijd lijkt hij ook te verharden, eigenaar van één krant zijn vereist minder eelt op de ziel dan een imperium.

Stijl en strategie

Je leert in de biografie de persoon Van Thillo kennen door zijn overnames. Hoe pakt hij die aan? Hoe praat hij? Koster citeert uitgebreid tientallen betrokkenen en die hebben niet allemaal dezelfde mening, maar de lezer kan niet van Koster verwachten te onderzoeken wie er gelijk heeft. Heeft Van Thillo bijvoorbeeld de regiojournalistiek kapotgemaakt of juist gered? Geen onbelangrijke vraag maar Kosters boek is een biografie, geen geschiedenis van uitgeverijen.

De strategie: Van Thillo bestudeert de journalistiek van de kranten die hij wil overnemen, de koppen, intro’s, lengte van stukken, de relevantie van nieuwsitems. Hij slaat toe als het water hen aan de lippen staat. Hij is charmant, hij doet fris aan vergeleken met de dinosaurussen die de Nederlandse concerns amateuristisch besturen.

Heel belangrijk: hij wil investeren, hij gelooft begin 21e eeuw nog in print, en ook in lezers die voor online content willen betalen, terwijl de werkelijkheid een heel andere kant lijkt uit te gaan: dagbladen verliezen personeelsadvertenties aan nieuwe online websites; reclame-inkomsten lekken ook weg naar nieuwe spelers zoals Google en Facebook; er komen steeds meer radio- en tv-zenders die al hun inkomsten uit reclame moeten halen; de bezorging wordt een hoofdpijndossier; print-abonnementen worden te duur voor veel lezers; nieuwsconsumenten lijken alle online informatie voortaan helemaal gratis te willen krijgen.

Van Thillo’s peptalks voor redacties enthousiasmeren velen. Koster merkt op dat er één keer zelfs geapplaudisseerd wordt voor de sanering die komen gaat. Hij gelooft in ons!

Is de overname gelukt, dan volgt onvermijdelijk meestal het benoemen van een nieuwe hoofdredacteur en andere chefs, “de kardinalen van de paus”. Dat is niet altijd de gelukkigste keuze maar zittende redacteuren zijn ook geen heiligen. Redacties krijgen ook bezoek van bijvoorbeeld Jaak Smeets, een luitenant van Van Thillo, die aanschuift bij redacteuren om te discussiëren over wat ze anders zouden moeten doen. (Jarenlang wordt in de DPG-media stilgehouden dat Smeets ontslagen werd wegens grensoverschrijdend gedrag tegenover vrouwen). Koster raakt er niet over uitgepraat. Hij hecht eraan de zelfcensuur van de redacties te laten zien en de weinige rechtstreekse interventies van de baas zelf.

Alle overgenomen kranten moeten afslanken, topkader krijgt tonnen mee als vertrekregeling, zoals Pieter Broertjes, de hoofdredacteur van de Volkskrant (die later ook nog eens burgemeester van Hilversum mag worden). Van Thillo deelt bonussen uit, soms heel extravagante, vond ik, althans voor media die de mond vol hebben over toenemende ongelijkheid en verpaupering. Hij doet dat soms ook om mensen te behouden die dreigen weg te lopen naar de concurrentie.

Die bonussen steken scherp af tegen de onderbetaling van  de vier- tot vijfduizend freelancers waarop DPG media volgens Koster draait. (2023 was een topjaar voor vakbondsacties bij de kranten.) Daarnaast worden mensen soms weggepest, omdat ze niet met zich laten sollen – maar dat komt in de beste bedrijven voor, zullen we maar zeggen.

Als er dan na verloop van tijd winst wordt gemaakt, lijkt in de regel dertig procent van de winst afgeroomd te worden door de familie en zeventig procent weer in het bedrijf geïnvesteerd te worden. In België betaalt DPG amper belasting. Van Thillo vindt dat eigenlijk niet kloppen maar redeneert blijkbaar: waarom zou je er in je eentje wat aan doen? Alle familieleden van Christian zijn miljonair.

Clicks

Met Van Thillo doet de clicks-logica zijn intrede in de journalistiek. Kranten doen het inmiddels overal ter wereld, want bij sommige dagbladen zijn tegenwoordig al negen van de tien abonnementen puur digitaal. Die zijn goedkoper en een uitgever moet er dus meer van binnenhalen om dezelfde omzet te bereiken.

Aanvankelijk lijkt er overal in Nederland niets op tegen dat journalisten harder nadenken over de kop die ze boven een bericht plaatsen, zoals Van Thillo en diens luitenants willen. Die moet uitnodigen tot lezen. Maar als dan online blijkt dat bijvoorbeeld heftigere of veel te suggestieve koppen (de zogenaamde clickbaits), dan wel koppen in de vragende vorm vaker aangeklikt worden, moeten journalisten daar rekening mee houden. Er wordt soms zelfs eerst online geëxperimenteerd welke kop boven hetzelfde artikel vaker aangeklikt wordt.

Van daar is het niet zo’n grote stap naar het aanpassen van de inhoud: meer teksten over kankerleed, de kleding van Máxima, MeToo-toestanden – ook in de printversie. Dat draait dus niet om de vox populi, maar om soft news, sterren, BN’ers. Ook: meer “servicejournalistiek”, al die verhalen over gezond leven, oplossingen voor praktische problemen, financieel advies en andere onderwerpen die niet onder de democratische waakhondfunctie van de journalistiek vallen. En omdat mensen kuddedieren zijn, worden lezers opmerkzaam gemaakt op “Meest gelezen artikelen”.

De volgende stap is, in ieder geval bij DPG, journalisten en columnisten te koesteren wier artikelen vaak aangeklikt worden of abonnees opleveren en andere te laten merken dat ze overbodig beginnen te worden. Ervaring met het journalistieke handwerk, expertise op een terrein, eigen netwerken, kennis van wie in een stad de tien grootste werkgevers zijn, al die dingen die een journalist zelf koestert, worden minder belangrijk. Koster verhaalt van Belgische journalisten die een schare vrienden organiseren om hun artikelen digitaal te delen zodat ze in de top van de ranglijst komen of blijven.

Ook logisch in zo’n omgeving: artikelen moeten korter (“leestijd 2 minuten”) en de redacteur moet meer produceren, soms voortaan  zelf de foto’s en videootjes schieten (“Nieuwe workshop: nieuwsfoto’s maken met je smartphone”). Innovatie blijft het toverwoord. Kan er na de podcast nog iets worden uitgevonden dat je niet meer hoeft te lezen?

De pluriformiteit van de pers lijdt echter vooral onder het steeds meer delen van artikelen: één stuk van één redacteur voor tig kranten. Collega’s in den lande staan onder zo’n productiedwang dat voor  het factchecken van dubieuze berichten uit de centrale geen tijd meer is. Laat de lege kolommen van de standaardopmaak van de pagina’s maar vollopen. In België zitten de redacties van tv-zender VTM en Van Thillo’s uitgeefproducten al in één gebouw – handig als je dingen bij wijze van besparing zoals showbizz-nieuws wilt delen, plus de ict en zo. Synergie! Dat samenklonteren in één gebouw gaat binnenkort ook in Nederland gebeuren.

De tijden dat de laatste kopij rond elf uur naar de drukkerij ging, zijn voorbij, en de drukkerij ligt niet meer pal naast of onder de redactielokalen. Het tekort aan bezorgers verlangt dat ze voortaan ’s morgens voor zeven uur twee buurten doen in plaats van één, dus moet de krant eerder gedrukt worden. Koster verhaalt van een krant die door een vroege deadline de val van het kabinet-Rutte miste – voor het zelfrespect van een parlementair journalist behoorlijk dramatisch. Was de Berlijnse Muur vorig jaar tegen middernacht gevallen zoals in 1989, je zou er in de gedrukte DPG-dagbladen niets over gelezen hebben.

Aandachtseconomie

Je vraagt je af waar dit gevecht om de aandacht van de lezer/kijker/luisteraar zal eindigen. Mensen schijnen vermoeid te raken van al die trucs van de media, Facebook, Tiktok en alle anderen om traffic te genereren en dus contactmomenten met advertenties.

Wat gaat “de mediakoning van de Lage Landen” dan doen, als steeds meer mensen trucs blokkeren of helemaal afhaken? Puur kapitaaltechnisch gezien kan zijn bedrijf blijven groeien, door overnames in Duitsland bijvoorbeeld, of door een nieuwe tak te ontwikkelen, met televisiezenders.

Het Mediahuis, het tweede Belgische conglomeraat dat Nederlandse regionale kranten, de NRC en de Telegraaf onder zijn hoede heeft, en DPG van Van Thillo hebben nu 90 procent van de dagbladsector in handen – een hele verantwoordelijkheid. Ooit zei mediabaas Rupert Murdoch: “Monopoly is a terrible thing, till you have it”. Misschien wordt het weer een terrible thing als het bereik van de dagbladen blijft slinken. Misschien moet de overheid te hulp schieten, zoals vroeger. Maar ja, wat vindt Brussel daarvan? Van Thillo heeft prima politieke connecties in België, legt biograaf Koster uit, maar over korte lijntjes met Den Haag lezen we niets.

Het allerlaatste nieuws is dat DPG-kranten moeilijk deden over de advertenties van uitgeverij Prometheus voor deze biografie (“liever niet in de zaterdagkrant”) en De Morgen die geweigerd heeft.

De Belg – Christian Van Thillo, de mediakoning van de Lage Landen
Mark Koster
Uitgeverij Prometheus
ISBN paperback 9789044654141
ISBN e-book 9789044654158
Verschenen januari 2024

Bestelinformatie

Bestel als paperback bij bol.com (€ 24,99)
Bestel als e-book bij bol.com (€ 14,99)

Anneke van Ammelrooy
Anneke van Ammelrooy
Anneke van Ammelrooy (1955) is journalist en vertaalster. Ze schreef onder andere Alles is er niet, een persoonlijk verslag van haar eerste jaar in Irak. Ze was hoofdredactrice van het Leids universiteitsweekblad Mare, Publiek Domein, Keesings Historisch Archief en OR-informatie. Voor de Volkskrant schreef ze over cultuur en politiek. Bij het ANP was ze redacteur Arabische landen. Ze werkt aan een boek over de toekomst van politieke partijen (2003-2010).

Fijn als je dit artikel met anderen deelt:

Lees ook...

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Vul alstublieft uw commentaar in!
Vul hier uw naam in