De beste biografie van 2024

We kijken terug op een prachtig jaar voor de biografie. Wat waren volgens de redactie van Biografieportaal de pareltjes?

Yko van der Goot

In Denker voor Gods aangezicht duikt Inigo Bocken diep in het leven van Titus Brandsma. Het is ā€˜een intellectuele biografieā€™ van een kwikzilveren denker, rusteloze doener en mysticus. Zo kende ik Brandsma nog niet. Deze biografie was dan ook een mooie uitdaging voor mijn eigen intellect. Gelijktijdig verscheen Zo verborgen is God niet, een bloemlezing van teksten van Brandsma, verzorgd door Peter Nissen. Daarin gaat het over mystiek, kennis, dierenbescherming, nationaalsocialisme, plaats en taak van een eigen katholieke pers, over helden en heiligen. Indrukwekkende veelzijdigheid. Wat Brandsma dacht over vrede en vredelievendheid is trouwens ook nu nog actueel. Inspirerend.

Petra Teunissen

Een vrije geest. Het uitzonderlijke leven van Betje Wolff van Marita Mathijsen is een uitzonderlijk levendige biografie. Marita Mathijsen beschrijft de avonturen van de achttiende-eeuwse schrijfster aangrijpend en toegankelijk en geeft ook de nodige duiding. Wat een vrouw en wat een biografe! Ook complimenten voor uitgeverij Balans, want het boek ziet er geweldig mooi uit met fraaie illustraties en fijne typografie. Zou er een markt zijn voor een Engelstalige editie?

Sjak Rutten

Mijn keus is De Atjeh-Generaal, het militaire leven van Frits van Daalen.

Vilan van der Loo beschrijft haarscherp hoe de rechtlijnige militair Frits van Daalen werd vermalen tussen de tegenstrijdige belangen van de Nederlandse koloniale politiek. Nederland wilde een koloniale macht zijn maar een voorbeeldige koloniale macht. Van Van Heutsz dacht Atjeh definitief te hebben onderworpen. Van Daalen was zijn opvolger. Toen hij de weer oplaaiende opstanden in Atjeh gewelddadig neersloeg liet Van Heutsz, inmiddels Gouverneur Generaal, hem keihard vallen om zijn eigen hachje te redden. Dat leidde tot een crisis in de koloniale politiek.

Anneke van Ammelrooy

Gelukkig krijgen goede schrijvers ook vaak goede biografen ā€“ en dan is Thomas Bernhard ā€“ Een beschadigd leven van de hand van Cyrille Offermans ook nog eens een wonder van beknoptheid, 140 bladzijden origineel proza voor een compleet leven, zonder jacht op datums en jaartallen en overbodig bezoek aan oninteressante locaties. Ook als mens blijft Bernhard imponeren, hoe deze als kind verraden man zich nooit klein laat krijgen, blijft zingen ondanks longproblemen. Helaas waren de 150 exemplaren van het boek vrijwel meteen uitverkocht.  

Vittorio Busato

Wat de beste biografie is die ik in 2024 gelezen heb? Zonder enige twijfel De Bolle Gogh. Niet voor niets noemde ik in mijn recensie dit meesterwerk van historicus Jaap Cohen misschien wel de een-na-beste Nederlandse biografie ooit. Cohen had zich ten doel gesteld de paradoxale persoonlijkheid van Theo van Gogh te doorgronden. Daar is hij cum laude in geslaagd, vooral ook omdat hij het nodeloos psychologiseren achterwege laat. Cohen beschrijft hoe Van Gogh was: een onafhankelijk, niet onverdienstelijk filmmaker die zeer geliefd was onder acteurs met wie hij werkte, een gevreesd en meedogenloos columnist die welbewust en soms ronduit smakeloos de grenzen van de vrijheid van meningsuiting opzocht, een briljant, empathisch en ontwapenend interviewer die er vaak in slaagde diep tot zijn geĆÆnterviewden door te dringen, een intense en buitengewoon gulle vriend en familieman. Waarom in hemelsnaam moest deze man zo vreselijk worden afgeslachtā€¦

Jan Postma

Pontificaal sociaal. Ien Dales 1931-1994 door Sylvester Hoogmoed is mijn keuze. De biograaf schetst in een sobere, maar prettige schrijfstijl een overtuigend beeld van de authentieke, sociaaldemocratische politica. Hij prijst haar bevlogenheid en nuchterheid, maar laat ook haar minder positieve kanten zien. Dales toonde zich toegankelijk, maar kon ook een sterke willekeur in de omgang met mensen tonen. Alles staat in de biografie op de juiste plaats en er zijn geen overbodige uitweidingen. Het boek belicht tegelijkertijd ook interessante en herkenbare facetten van het maatschappelijk-politieke tijdsbeeld van de tweede helft van de 20ste eeuw.

Wim Huijser

De levens van Claus van Mark Schaevers bewijst weer eens nadrukkelijk dat je je aan iemands levenswandel vaak gelijktijdig kunt optrekken Ć©n ergeren. Hugo Claus kon Ć©n perfectionist zijn Ć©n schaamteloos nonchalant. Zoals de biograaf stelt: ā€˜Hij kon blijk geven van extreme onverschilligheid en egocentrisme, maar ook van diep mededogen en een betrokkenheid op de wereld. Mildheid wisselde af met kwaadaardigheid.ā€™ Een versplinterd leven vol tegenstrijdige impulsen kan samengevat in bijna duizend paginaā€™s tot grote verwarring leiden. Maar Schaevers trekt zijn lezers vol vaart mee in een belangrijk stuk literatuur- en kunstgeschiedenis, waarvan de Vlaamse componenten vaak volledig onbekend zijn, maar juist daarom ook zo boeiend. Onderweg laat hij de lezer zelf het beeld componeren waarmee we de complexe schrijver, beeldend kunstenaar en cineast willen blijven herinneren.

Joep Boerboom

Jaap Cohen legde met De Bolle Gogh de biografielat begin van 2024 direct torenhoog, maar ook de Ruud Lubbersbiografie van Johan van MerriĆ«nboer en Lennart Steenbergen is een huzarenstukje. Hun thematische ontleding van Lubbersā€™ premierschap werkt goed. Spannend is hun reconstructie van de kruisrakkettendiscussie, waar Lubbers met inventiviteit en politiek gevoel zijn partij, kabinet, NAVO-partners Ć©n zelfs een deel van de vredesactivisten aan boord wist te houden. Ook de inkijkjes in Lubbersā€™ contacten met Beatrix en buitenlandse collegaā€™s als Thatcher, Kohl en Bush fascineren. De auteurs putten hierbij uit persoonlijke notities van deze regeringsleiders en uit Lubbersā€™ eigen memoires, waarbij ze steeds een kritische blik houden.

Eric Palmen

De bolle Gogh van Jaap Cohen. Empatisch, goed geschreven, spannend. Zie de lofrede van Vittorio, die slaat de spijker op zijn kop. Dat geeft mij de ruimte om de loftrompet te steken over Hard werken, hard feesten, de biografie van Erwin Olaf, geschreven door Mischa Cohen. Cohen geeft een mooi tijdsbeeld van de jaren tachtig, waarin Olaf groot is geworden, en brengt een ode aan zijn werk. Olaf begon als fotograaf provocatief en eindigde verstild, al deed hij ā€“ wat zijn activisme betrof ā€“ nooit water bij de wijn. Ja, Hard werken, hard feesten is misschien wel de een-na-beste Nederlandse biografie van dit jaar.

Fijn als je dit artikel met anderen deelt:

Lees ook...

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Vul alstublieft uw commentaar in!
Vul hier uw naam in