Op zoek naar Radovan Karadzic

Je hebt van die boeken die je tijdens het lezen even opzij moet leggen, omdat je niet verder kan. Op zoek naar Karadzic. Een oorlogsmisdadiger met vele gezichten van Zvezdana Vukojevic is zo’n boek. Vukojevic – Nederlandse moeder, Servische vader, geboren en getogen in Amsterdam – schetst niet alleen een biografisch portret van Radovan Karadzic, de leider van de Bosnische Serviërs tijdens de Bosnische Oorlog van 1992 tot 1995, maar beschrijft ook – gedoseerd – de verschrikkingen waarmee die oorlog gepaard ging. Het kind dat onder de berg lijken vandaan kwam en zich vastklampt aan de vrachtwagenchauffeur die de soldaten tijdens de executies van proviand voorzag. De klinische afslachting in de weilanden van Trovo van zes moslimmannen, waaronder twee minderjarigen, door de Scorpions, het doodseskader van de Serven. De systematische verkrachtingen.

Volwaardige biografie?

Om het boek van Vukojevic een volwaardige biografie te noemen, gaat me te ver. Dat is waarschijnlijk ook haar opzet niet. Op zoek naar Karadzic is op de eerste plaats een journalistieke queeste naar het hoe en waarom van de genocide die in Bosnië Herzegovina heeft plaatsgevonden. Vukojevic interviewde familieleden en vrienden van Karadzic, aanklagers en verdedigers, Dutchbatters, collega-journalisten en onderzoekers. Een rode draad in het verhaal is haar poging om Karadzic zelf te spreken te krijgen, wat door het Joegoslaviëtribunaal stelselmatig gefrustreerd wordt. Uiteindelijk legt ze ook rekenschap af als journaliste. Loont het de moeite om je te verdiepen in de psyché van een oorlogsmisdadiger? Het is gemakkelijker de Kwaadaardige te veroordelen dan hem te begrijpen, luidt het motto van haar boek (min of meer ontleend aan Dostojevski). Maar moet ook dat zogenaamde begrip ons ten slotte niet geruststellen? Dat de verschrikkingen van een genocide louter opgehangen kunnen worden aan het pathologische karakter van de hoofdrolspelers? Vukojevic gaat pijnlijke vragen bepaald niet uit de weg.

Karadzic: eerst dat karakter dan

Karadzic was een middelmatig dichter, een middelmatig sportpsycholoog en een middelmatig spion, voordat hij als leider van de Servische Democratische Partij (SDS) uitgroeit tot de uitzonderlijke woordvoerder van het Servische nationalisme in de uiteenvallende Joegoslavische federatie. In de winter van 1991 smeekt hij zijn werkgever hem niet te ontslaan uit het ziekenhuis waar hij als psychiater is aangesteld. Nog even, en dan neemt hij afscheid van de politiek.

Twee maanden later is hij het gezicht van de SDS, die de moslims in opruiende taal waarschuwt dat ze hun onafhankelijkheidsstreven met de dood zullen bekopen. Oud-voetballer Predrag Pasic is verbijsterd. Hij kent Karadzic alleen als de coach met wie zijn ploeg bij FK Sarajevo de draak stak in de jaren tachtig van de vorige eeuw. Karadzic probeerde met zijn seances de spirit tussen de verschillende etniciteiten in het team te bevorderen. De zweverige oefeningen waren in de kleedkamer een heuse dijenkletser; er mankeerde niet veel aan de teamspirit. Diezelfde wonderdokter dirigeert vanuit het Holiday Inn Hotel tien jaar later de oorlog tegen ‘de Turken’ en staat de internationale pers welwillend te woord. Op het dak van het hotel, zo verzekert hij de journalisten, bewaken wat kwajongens de toegangsweg naar het hoofdkantoor van de SDS. Ze kunnen niet met wapens omgaan, vandaar dat er weleens ongelukken gebeuren. Geen enkele reporter neemt hem na die uitspraak nog serieus. De toegangsweg zou bekend komen te staan als Sniper Alley. Aan het einde van de oorlog zijn ruim duizend Sarajevanen slachtoffer geworden van de volleerde sluipschutters.

Joegoslaviëtribunaal

In hoeverre is Karadzic direct verantwoordelijk voor de monstruositeiten die onder zijn gezag hebben plaatsgevonden? De verstandhouding met zijn opperbevelhebber, generaal Mladic, is ronduit belabberd. Handelde die op eigen houtje? In de zomer van 1995 zijn zo’n 40.000 moslims in de enclave Sebrenica samengestroomd, op de vlucht voor het oorlogsgeweld in Oost-Bosnië. De VN had de enclave op 16 april 1993 tot veilig gebied verklaard, maar dat is een wassen neus als op 10 juli 1995 de 426 Dutchbatters worden overrompeld door de manschappen van Mladic. Toenmalig minister van Defensie Joris Voorhoeve schort de luchtsteun voor de blauwhelmen op. De val van Sebrenica is een feit. In Directief nr. 7 roept Karadzic zijn legerleiding op ‘een situatie van ondraaglijk lijden zonder uitzicht op overleving te creëren’. Met dat mandaat trekken de dienstdoende commandanten Sebrenica binnen. Misolav Deronjic, hoofd van de SDS in Bratunac, verklaart voor het Joegoslaviëtribunaal dat Karadzic er geen misverstand over laat bestaan wat er met de enclave moet gebeuren: ‘Misolav, ze moeten allemaal worden vermoord. Alles waar je je handen op weet te leggen.’

Na zijn arrestatie ontkent Karadzic de omvang van de massamoord. En hij heeft het over een belofte die Richard Holbrooke tijdens de vredesbesprekingen in Dayton heeft gemaakt. Immuniteit voor Karadzic. In de biografie van Holbrooke door George Packer kom ik er niets over tegen, maar Vukojevic heeft getuigen opgespoord die zijn verhaal bevestigen, zoals toenmalig minister van Buitenlandse zaken van Bosnië Herzegovina Mohammed Sacirbey. Het tribunaal vindt een dergelijke overeenkomst overigens niet relevant. Met genocide marchandeer je niet.

Vukojevic mag Karadzic uiteindelijk schriftelijk interviewen. Hoe zou hij herinnerd willen worden? ‘Het was nooit mijn bedoeling politicus te worden, laat staan een staatsman en oorlogsleider. Ik hoop te worden herinnerd als een liefhebbende echtgenoot en vader, een goed en toegewijd arts, psychotherapeut, een trouwe vriend en een verantwoord lid van mijn Servische volk, bereid om (mezelf) op te offeren voor het welzijn van de gemeenschap.’ Het huiveringwekkende van Op zoek naar Karadzic. Een oorlogsmisdadiger met vele gezichten is dat Vukojevic volkomen aannemelijk weet te maken dat hij het nog meent ook.

Op zoek naar Karadzic. Een oorlogsmisdadiger met vele gezichten
Zvezdana Vukojevic
Nieuw Amsterdam
ISBN paperback 9789046826089
ISBN ebook 9789046826096
Verschenen in oktober 2019

Bestelinformatie

Bestel als paperback bij bol.com (€ 20,99)
Bestel als ebook bij bol.com (€ 9,99)

Eric Palmen
Eric Palmen
Eric Palmen is historicus en hoofdredacteur van Biografieportaal. Hij schreef onder andere Kaat Mossel, helleveeg van Rotterdam en Dwaze liefde, een familiegeschiedenis, uitgegeven bij Prometheus. Voor Historisch Nieuwsblad, de Volkskrant,Vrij Nederland, Het Parool en Elsevier Weekblad schreef hij artikelen over de biografie.

Fijn als je dit artikel met anderen deelt:

Lees ook...

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Vul alstublieft uw commentaar in!
Vul hier uw naam in