Met haar biografie over het leven van F.B. Hotz (1922-2000) heeft Aleid Truijens een lijvig boek geschreven. Een knappe prestatie, zeker omdat er ā met uitzondering van zijn verhalen, wat brieven en dagboeken van familieleden en enkele interviews ā weinig schriftelijke bronnen over de auteur Hotz zijn. Zijn archief is na zijn dood op zijn eigen verzoek vernietigd. De omvang van het boek van Truijens en de vele details maken wel dat je als lezer soms de neiging hebt dĆ³Ć³r te bladeren. Maar even zo vaak ga je weer terug naar vorige paginaās, omdat je toch iets over het hoofd zag. Dat dit boek telkens opnieuw weet te boeien, heeft er vooral mee te maken dat er een treffend, bijna filmisch beeld van de twintigste eeuw wordt geschetst. Zo was het dus om als jongetje ā zoon van een vertegenwoordiger in wijn ā in de twintiger jaren groot te worden aan de Rijnsburgerweg in Oegstgeest, met ouders die ās avonds samen gaan dansen, een kamer die dikwijls vol gasten is, met kleding, kapsels, autoās en trams die in de ogen van een kind adembenemend mooi zijn. Zo was het wanneer er brieven kwamen van oom en tante in IndiĆ«. Als lezer voel je mee hoe de vrolijke jaren twintig verglijden in de dertiger jaren, hoe de crisis uitbreekt en het gezin verhuist naar een benauwde nieuwbouwwoning aan de Dolfijnstraat in Haarlem-Noord.
De verhalen
Dat de verschillende decennia van de twintigste eeuw zo dichtbij komen, hangt er mee samen dat Hotzā verhalen een belangrijke basis vormen voor Truijensā biografie. Zij heeft ervoor gekozen de schrijver en de mens als een en dezelfde persoon te zien en legt uit waarom: āin toon en stijl, obsessies en voorliefdes klinkt een persoonlijkheid door.ā In gesprekken met familie en bekenden van Hotz, vooral met zijn zus Atie, heeft zij geprobeerd autobiografische elementen uit de verhalen te lichten. Soms herinneren geĆÆnterviewden zich naar aanleiding van de verhalen gebeurtenissen waarvan zij dachten dat ze die vergeten waren. Hotzā directe omgeving was een belangrijke bron voor zijn schrijverschap. Truijens beschrijft hoe zij voor het eerst met de verhalen in aanraking kwam. āHet was de toon die me trof en telkens weer treft, de sardonische humor en de scherpe observaties van menselijk gedrag. (ā¦) Het is de verbluffende precisie waarmee Hotz emoties fileert en pretenties ontmaskert: jaloezie, eigenliefde, hoogmoed, ontrouw. Angst vooral. Hij laat zien wat het allermoeilijkst is voor mensen: met elkaar te leven op een beetje aanvaardbare manier.ā Door zijn critici wordt Hotz vooral bewonderd om zijn historische verhalen. Hij weet āeen precies gedetailleerd tijdsbeeld te schetsen, zo levensecht dat het verleden een levend heden lijkt.ā Dat is nu juist ook de kracht van Truijens biografie.
Het leven
Frits Hotz is altijd blijven terugverlangen naar de jaren twintig. Hij houdt van autoās uit die jaren, van zeppelins en vliegtuigmodellen. Als in de jaren dertig zijn ouders gaan scheiden, zoekt zijn dominante zorgzame moeder haar heil in de kerk en spiritualiteit. Zijn vader ā een flamboyante charmeur ā trouwt opnieuw en later nog eens. Frits, die slechte ogen heeft en ziekelijk is, kan het niet goed vinden op de ambachtsscholen waar hij door zijn moeder naar toe wordt gestuurd. Hij is niet technisch. Hij houdt van de dingen om hoe zij er uit zien, niet om hoe zij werken. Hotz heeft artistiek talent; zijn leven lang tekent hij en schrijft verhalen. Hij wil ontwerper worden. Maar zijn slechte ogen maken hem het tekenen moeilijk. Aanvankelijk vindt hij zijn bestemming als jazz-muzikant. Met grote passie leert hij trombone spelen en jarenlang maakt hij deel uit van orkesten. Pas in 1975, als hij 53 is, publiceert hij op aanraden van zijn oom Herman Kunst zijn eerste verhaal. De volgende twintig jaar is hij auteur van een klein oeuvre, waarvoor hij in 1998 de PC-Hooftprijs krijgt.
Een tragedie
Het grootste deel van zijn leven woont Hotz samen met zijn zus Atie. Korte tijd is hij getrouwd. In die tijd woont hij in het Haagse hofje de Mallemolen, een vrijplaats voor kunstenaars als Paul van Vliet en Helga Ruebsamen. Uit zijn huwelijk wordt in 1961 een kind geboren. Na zijn scheiding trekt hij samen met zijn zoon Jeroen opnieuw in bij Atie. Ook wanneer hij in 1977 een nieuwe relatie krijgt, blijft hij samenwonen met zijn zus. Al in haar inleiding maakt Aleid Truijens gewag van een groot dilemma tijdens het werken aan de biografie over Hotz. āEr blijken twee volwassen Hotzen te zijn: die van de jaren veertig tot en met zestig en die van de jaren zeventig en later. Frits Hotz was een zwierige jongen, een trombonist bij gerenommeerde jazz-orkesten (ā¦) Een eigenzinnig persoon. Niks mensenschuwe wereldvreemde man.ā De F.B. Hotz van de jaren zeventig en daarna schetst Truijens als een ābleke, naar binnen gekeerde manā die zich alleen in zijn verhalen graag liet zien. In het elfde hoofdstuk van haar biografie beschrijft zij de tragedie waarin Hotzā ex-vrouw Barbara, van wie hij veel heeft gehouden, en zijn beste vriend de hoofdrol spelen, een tragedie die zijn leven voorgoed verandert. Of het werkelijk om een karakterwijziging gaat, is de vraag. De F.B. Hotz van de jaren zeventig lijkt niet zoveel af te wijken van het kind Frits dat in een eigen wereld leefde en door degenen die hem kennen wordt beschreven als extreem verlegen. Het kind dat door zijn vader als uit gewoonte wordt aangesproken met āschlemielā.
Verdienste
Wie de verhalen van Hotz niet kent, kan op de website van de Arbeiderspers het verhaal Een dubbel incident downloaden. Het verhaal beschrijft hoe een gezin op een zondag vanuit het raam ziet hoe op de Rijnsburgerweg een meisje wordt aangereden. De vader van het gezin neemt het meisje en haar vriendin mee. Truijens beschrijft hoe hij in de eetkamer zorgzaam haar knie behandelt, āwaarna hij ter troost een fles wijn ontkurkt. Algauw horen moeder en kinderen hem van achter de gesloten tussendeuren zijn reizigersgrappen debiteren tegen de twee lachende meiden. De moeder wordt almaar zenuwachtiger (ā¦)ā Het verhaal geeft een goede indruk van Hotzā schrijverschap ĆØn van de manier waarop Aleid Truijens de verhalen heeft ingezet voor haar biografie. Voor kenners van Hotzā werk zal het boek van Truijens aanleiding zijn voor het herlezen ervan. Zijn biografie zal het begrip van Hotzā verhalen kleuren en verdiepen. Dat is een grote verdienste.
Geluk kun je alleen schilderen. F.B. Hotz ā Het leven
Aleid Truijens
Uitgeverij Arbeiderspers (Open domein)
ISBN 9789029575317
Verschenen 21 september 2011