Gustav Mahler – de Joodse vreemdeling. Een biografische karikatuur

De in Israël wonende voormalige bankier en financieel adviseur Chaim den Heijer heeft bij Amphora Books, specialist op het gebied van Joodse literatuur, een biografie gepubliceerd van Gustav Mahler, benaderd vanuit een Joodse invalshoek. ‘Zijn Joodse achtergrond bepaalde zijn leven in het door antisemitisme gekenmerkte tijdperk van de fin de siècle’ is de stelling op de cover, en het boek is geschreven om deze stelling koste wat het kost te onderbouwen. ‘Mahler ervoer het virulente antisemitisme uit die tijd als een loden last. Door het antisemitisme werd zijn carrière belemmerd en werd zijn werk als minderwaardig beschouwd. Zoals Mahler vaak memoreerde, voelde hij zich overal een vreemdeling, nergens gewenst.’

Inderdaad, één van de meest geciteerde uitspraken van Mahler lijkt die bewering te staven: ‘Ik ben in drie opzichten een vreemdeling: als Bohemer in Oostenrijk, als Oostenrijker in Duitsland en als Jood in de hele wereld. Overal een indringer, nergens gewenst.’ Nog afgezien van de uitspraak of authentiek is – de tekst is overgeleverd door zijn vrouw Alma Mahler, die aantoonbaar veel uit haar duim heeft gezogen – kunnen we uit deze tekst afleiden dat Mahler zich behalve Jood ook Bohemer en Oostenrijker heeft gevoeld. Daarnaast mogen we ervan uitgaan dat hij zich bij tijd en wijle ook nur-Musiker, componist, kosmopoliet, man, vader en echtgenoot heeft gevoeld. Maar uit alles blijkt dat hij in de eerste plaats een eenzame individualist was, zoals de meeste geniale kunstenaars van zijn statuur. Heel negentiende-eeuws streefde hij in zijn muziek naar ‘de allerdiepste expressie van de allerindividueelste emotie’.

Gustav Mahler in 1907. Fot: Moritz Nähr (public domain)

Chaim den Heijer weet het zeker: Mahler bleef zijn hele leven in eerste en laatste instantie een Jood. Het onpeilbare leed en het immense verdriet dat volgens Den Heijer klinkt in zijn symfonische werk, is het klank geworden leed van het Joodse volk, en een voorafschaduwing van de misdaden gepleegd door Nazi-Duitsland.

De schrijver geeft bij aanvang van het boek aan welbewust voor een beperkte perspectief te kiezen. ‘Het is geen systematische en wetenschappelijke weergave van Mahlers leven. De onderwerpen zijn relatief subjectief en gerelateerd aan een zekere Joodse relevantie.’ Mahlers Joodse achtergrond zou tot nog toe in vele biografieën veronachtzaamd zijn, maar eerlijk gezegd heb ik nog geen enkele biografie of programmatoelichting gelezen waarin dit aspect niet als een belangrijk gegeven wordt behandeld. Het notoire antisemitisme waarmee Mahler geconfronteerd werd, komt in vrijwel elke publicatie ter sprake. Ook Mahlers houding is bekend. Hij koos welbewust voor assimilatie en bezocht, afgezien van de onvermijdelijke familiegebeurtenissen, nooit een synagoge. Dat in zijn symfonieën Joodse elementen als klezmermuziek klinken, klopt, maar het feit dat hij ook Oostenrijkse Militärmusik, zigeunerwijzen, Boheemse volksmuziek, walsen en kinderliedjes verwerkt, geeft aan dat dit Joodse niet meer was dan een van zijn vele inspiratiebronnen.

De subjectieve, onwetenschappelijke benadering geeft de schrijver op veel plaatsen suggestieve, onbeantwoorde vragen en nietszeggende uitspraken in de pen. Een voorbeeld: ‘In zijn levensbeschouwing en wereldbeeld bleef Mahler zich, bewust of onbewust, ook baseren op Joodse waarden.’ Door de woorden bewust of onbewust en ook wordt dit een volstrekt gratuite bewering. De vraag wordt serieus gesteld ‘of Mahler “profetische gaven” had; dat wil zeggen of hij via zijn muziek de neergang van de mensheid en haar cultuur plus de holocaust in de twintigste eeuw heeft voorspeld.’ Het staat er echt. Mogelijk dat een nadere musicologische analyse van zijn muziek nog voorspellingen oplevert van ellende die ons nog te wachten staan. De schrijver fantaseert over wat Willem Mengelberg gedacht zou kunnen hebben tijdens zijn laatste concert in 1944 – uiteraard gingen die gedachten uit naar de verboden muziek van Mahler en de Joodse musici die het orkest hebben moeten verlaten – en over welke politieke keuzes Mahler gemaakt zou hebben als hij het nazisme nog had meegemaakt. Talloze vragen, al dan niet hypothetisch of retorisch, die de schrijver subjectief en onwetenschappelijk de revue laat passeren.

Mahlers depressieve aard wordt door Den Heijer rechtstreeks in verband gebracht met het antisemitisme waarmee hij werd geconfronteerd. Al zijn andere biografen brengen Mahlers pessimisme en levenslange somberheid in verband met het feit dat hij als hypergevoelig kind opgroeide in een zwaar ongelukkig gezin, met een tirannieke en ambitieuze vader die zijn vrouw en zijn kinderen veelvuldig sloeg. Den Helder memoreert de schrijnende situatie in het ouderlijk huis en schrijft dat de dramatische indrukken uit zijn jeugd bepalend waren voor de rest van zijn leven, maar als hij komt te spreken over het schrijnende in zijn muziek, gooit hij het over een andere boeg. Dan wordt er een rechtstreeks verband gelegd met de misère van het Joodse volk. ‘Tientallen generaties hadden eeuwenlang geleden onder antisemitisme en vervolging. (…) Mahlers voorouders hebben ongetwijfeld hun levenservaringen aan hem doorgegeven. Het zat misschien zelfs enigszins in zijn genen.’ Mineur en majeur in de muziek genetisch verklaard…

Paradoxaal genoeg blijkt uit het boek van Den Heijer dat ondanks al het antisemitisme niet alleen Mahler, maar talrijke Joodse musici succesvol waren in Duitsland en de Dubbelmonarchie. Van werkelijk elke Joodse musicus waarmee Mahler beroepshalve te maken kreeg, vermeldt Den Heijer expliciet de Joodse achtergrond. Ongetwijfeld hebben ze allemaal met antisemitisme te maken gehad, maar het heeft hun carrière gelukkig niet in de weg gestaan. Ook Mahler was niet miskend. Weliswaar werd zijn muziek niet door iedereen begrepen, en uiteraard werd die soms als Joods afgedaan door diegene voor wie het te complex was. Maar een groot deel van het publiek en de pers waardeerde zijn muziek, en als componist heeft hij het succes gekend dat hij verdiende. Als dirigent en operadirecteur was hij onvoorstelbaar succesvol.

Feitelijk staat er in het boek van Chaim den Heijer niets nieuws, maar dat is gezien zijn uitgangspunt niet de bedoeling geweest. Gustav Mahler, de Joodse vreemdeling levert niets meer en niets minder dan een levensbeschrijving van Mahler vanuit een volstrekt Joods perspectief. Dat beperkte perspectief doet Mahler schromelijk te kort. Met deze benadering bereikt het onvruchtbare identiteitsdenken het domein van de biografie. Hopelijk wordt dat geen trend.

Er zijn tijdens Mahlers leven weerzinwekkende karikaturen getekend die hem neerzetten als een Joodse musicus. Met dit boek is er een literaire karikatuur aan toegevoegd, uiteraard geschreven vanuit bewondering, maar karikaturaal blijft het. Mahler was een kosmopoliet wiens muziek iedereen kan aanspreken, ongeacht de achtergrond van de luisteraar. Dat komt omdat Mahler als mens zijn diepste roerselen en zijn grote muzikaliteit met ons heeft willen delen.

Gustav Mahler – de Joodse vreemdeling
Chaim den Heijer
Amphora Books
ISBN paperback 9789064461798
Verschenen in mei 2023

Bestelinformatie

Bestel als paperback bij bol.com (€ 35,00)

Arthur van Dijk
Arthur van Dijk
Arthur van Dijk studeerde letteren, muziekwetenschap en geschiedenis, is voormalig orkestdirecteur en werkt nu als adviseur in de culturele sector. Hij is publicist en werkt aan de biografie van de componist Willem Pijper. Daarnaast heeft hij een boek over de 19de-eeuwse kermis in voorbereiding.

Fijn als je dit artikel met anderen deelt:

Lees ook...

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Vul alstublieft uw commentaar in!
Vul hier uw naam in