Edmund Morris, biograaf van Theodore Roosevelt en Ronald Reagan, is afgelopen vrijdag op 78-jarige overleden. Morris won in 1980 een Pulitzer en een National Book Award voor The Rise of Theodore Roosevelt, het eerste deel van zijn biografie van Theodore Roosevelt,
Edmund Morris is op 27 mei 1940 geboren in Kenia en studeerde literatuur, kunst en muziek aan de Rhodes University in Grahamstown in Zuid-Afrika. In 1964 verhuisde hij naar Groot-Brittanniƫ, waar hij zijn toekomstige vrouw Sylvia Jukes (biografe van Clare Boothe Luce) ontmoette. In 1968 verhuisde het gezin naar de Verenigde Staten.
De biografie van Theodore Roosevelt stelde hem in staat het land te leren kennen, zo zei hij in een interview met Brian Lamb in 2010.
āI’m not American-born, as you can tell from my accent, but I am an American citizen who came here in 1968 wanting to learn about my country of adoption and I couldn’t think of a better way to learn all about America, its character and its history and its essential principles than by studying the life of Theodore Roosevelt.ā
Controverse wekte hij met Dutch. A Memoir of Ronald Reagan, waarin hij zichzelf als een fictief personage opvoert.
Sommige critici riepen moord en brand over deze fictionele ingreep. Michiko Kakutani van The New York Times noemde de biografie een ‘loony hodgepodge of fact and fiction‘. Vakbroeder Alan Brinkley (Columbia University) verweet Morris de conventies van het genre aan zijn laars te lappen.
Dutch is een geautoriseerde biografie. Kort na zijn aantreden als veertigste president van de Verenigde Staten nodigde Reagan de biograaf uit voor een bezoek aan het Witte Huis. Morris werkte 14 jaar aan Dutch. Hij ontving een slordige 3 miljoen dollar aan voorschotten van zijn uitgeverij Random House .
Morris kreeg alle medewerking van de Reagans toegezegd. Het werd een van de meest teleurstellende ervaringen uit zijn leven. Tijdens een paneldiscussie van de Miller Center of Public Affairs (University of Virginia) bekende hij:
Thinking myself to be among fellow scholars, I confessed that for a year or two after beginning to interview him in 1985, I had been mystified and depressed by his opaque personality. I could not understand how so magical a public performer, and so acute a political intelligence, could be so banal, even boring, in private.
Morris was furieus over de publicaties in de pers over zijn opmerkingen tijdens de besloten bijeenkomst en vreesde de medewerking van het Witte Huis verspeeld te hebben. Dat viel mee. āDonāt worry about it,ā stelde Nancy Reagan hem gerust. āWe all have our problems with reporters.ā
De revelatie van Reagan als de āhollow manā leidde tot een depressie en writerās block. Morris kwam tot de overtuiging dat hij met de conventionele technieken van het biografische genre de āleegteā van Ronald Reagan niet kon vatten. In zijn proloog van Dutch schreef hij:
Any orthodox quest for the real āDutchā, then, is bound to be an exercise in frustration. Hence the dullness of so many of the books written about him, their inability to capture his peculiar magic. Since Reagan has been primarily a phenomenon of the American imagination ā a mythical apotheosis of the best and the worst in us ā he can be re-created only by an extension of biographical technique.
Het fictionele personage āEdmund Morrisā in Dutch was de uitweg. Sommigen hebben hem die ambitie om van Ronald Reagan āliteratuurā te maken nooit vergeven.