ā Als je opeens niet meer praat over 25 mensen maar over 2500, laat staan 138.000 ā bij Philips waren het er trouwens 270.000 -, dan moet je wel steeds beter gaan begrijpen: dat gaat dus ook over even zoveel gezinnen. Een deal is hetzelfde als een dealtje, je moet je alleen van de risicoās nog bewuster zijn. ā
Cor Boonstra, de Fries die met de oprichting van de SRV de melkboeren in Friesland samenbracht, de man die het vanuit Leeuwarden bracht tot CEO van Sara Lee/DE en Philips en de man die bekend stond als een harde saneerder. Manfred Bik, duidelijk een bewonderaar van de zakenman en de mens Boonstra, weet mooie persoonlijke uitspraken voor elkaar te krijgen.
āIn de Sara Lee/DE tijd liep ik door een van onze fabrieken. Je moet bedenken, dat waren tijden met andere arbeidsverhoudingen, er was toen bovendien iets van nationale onrust met de vakbonden- dan liep ik tussen onze machines door als āwerkgeverā , want zo werd ik gezien, en dan keerden alle medewerkers hun gezicht af. Ze draaiden allemaal hun hoofd om als ik eraan kwam. Dat deed me wel hartstikke pijn.ā
Het begin van Boonstra, 19 lessen uit het leven van Nederlands meest dwarse CEO is spannend. Er staat mooi beschreven hoe de voor mij onbekende reclameman Manfred Bik ontmoetingen met Boonstra heeft of voor elkaar probeert te krijgen.
Wel weet je meteen dat de schrijver een mannetje is, zelf net zoān silverback als de gorilla waarmee hij Cor Boonstra regelmatig omschrijft. Hij gaat er stevig in. Beginnen met schrijven over de ontvoering van Hansje, de vrouw van Boonstra, en het verhaal over āde val van de keizerā – op de avond van een groot eerbetoon in het Concertgebouw wordt duidelijk dat Boonstra door het OM verdacht wordt van handel met voorkennis – is nodig en goed. Het algemene beeld, overgebleven na een aantal affaires die breed zijn uitgemeten in de pers, is door Bik met grote streken neergezet en kan daarna alleen maar verbeteren.
Manfred Bik noemt zijn boek geen biografie, hij kreeg na heel lang zeuren alleen medewerking van Boonstra door het boek als een soort ālesboekā te verkopen. Heel slim allemaal. Bij mij vechten wel irritatie en sympathie voortdurend om voorrang. Irritatie over de veel te aanwezige Manfred, sympathie voor zijn pogingen en manier van aanpak bij het schrijven van het verhaal. Zo brengt hij Boonstra samen met managementgoeroe Manfred Kets de Vries en laat hij Mary Rose Greville, professor aan het prestigieuze Trinity College in Dublin, een persoonlijkheidsanalyse van Boonstra doen. Dat levert mooie ontboezemingen op.
Boonstra omschrijft de Tweede Wereldoorlog en de daaraan voorafgaande periode als
āeen spannende tijdā. Rachel da Costa was onderduiker in huize Boonstra. Vader Boonstra zat in het verzet, dook onder in ā44 en kwam daarna bij de Binnenlandse Strijdkrachten terecht. Een strijdbare man was vader Boonstra. Hij was in de jaren vijftig een van de 340 melkboeren die Leeuwarden telde.
Cor Boonstra groeit op met die oorlog op de achtergrond. Geen wonder dat hij, Fries, een trotse eigengereidheid aan de dag legt en niet bang is om het avontuur aan te gaan. Het eerste grote avontuur maakt hij mee als hij als 16-jarige aanmonstert op de MS Hera. Hij gaat ā voor de mastā werken, en wordt jongste bediende. Hier gaat de wereld echt voor hem open. In Amerika ziet en leert hij hoe je de zaken groots en doortastend aanpakt. Weer terug in Friesland krijgt hij een baantje als vertegenwoordiger. Op de fiets langs bakkers en winkeliers met Unox, Blue Band en Croma.
In 1963 wil hij de baan van verkoopdirecteur bij de Friese Bond van Zelfstandige Melkhandelaren. Dat leidde tot een heuse strijd met de oude Boonstra.
Boonstra is groot voorstander van de simplificatie: een rapport van 3000 paginaās teruggebracht tot vier velletjes en drie heel eenvoudige kernvragen. Pas dan wil hij met je over een voorstel praten. Hij durft de status quo te doorbreken en zijn sociaaldemocratische vader heeft de idealen van verheffing van het volk goed aan de jonge Cor doorgegeven.
Kunst is er voor het volk. Daarom investeert Cor via de multinationals waar hij in dienst is grote bedragen in cultuur. Als dirigent Valeri Gergiev bij hem aanklopt geeft Boonstra toestemming een miljoen dollar vrij te maken, zodat Gergiev met zijn orkest een cd kan opnemen. Dat klinkt heel nobel, maar Boonstra liet zien dat idealisme en eigenbelang prima samen kunnen gaan. Hij wist namelijk dat Gergiev met zijn muziek directe toegang had tot de machthebbers in China. Voor wat hoort wat. Zo werd Philips het eerste buitenlandse merk dat op de Chinese tv kwam. Zoān miljoen is dan natuurlijk snel terugverdiend.
Wanneer Manfred Bik op bezoek is in de Zuid-Franse villa van de Boonstraās gaat het natuurlijk ook over geld. Maar zo natuurlijk is dat niet.
In een tijd waarin 62 rijksten ter wereld samen net zoveel bezitten als 3,6 miljard andere mensen samen, houden kopstukken uit het bedrijfsleven liever hun mond om verwijten van graaien en zelfverrijking uit de weg te gaan.
Het is knap van Bik dat hij Boonstra heeft laten praten over drie zaken waar topmannen mee te maken hebben, maar nooit iets over willen zeggen: geld, politiek en macht.
Boonstra zegt na veel aandringen dat de grote bonussen die in het internationale zakenleven verdiend worden perverse trekken hebben en dat het zo niet goed kan blijven gaan.
āKijk, dat is de tweede man van Microsoft; dat kan natuurlijk helemaal niet, dat is gewoon banaalā, zegt Boonstra smalend over een enorm drijvend gevaarte dat op het bovendek een helikopter en op het achterdek zowel een volledig getuigd zeilschip als een klein motorjacht meedraagt. ā
Maar je went als Nederlandse, calvinistische, Friese topmanager natuurlijk ook wel aan weelde, aan dat je niet meer hoeft te vechten voor wat je wilt bereiken. En als je dan niet beter weet, ga je er gewoon van uit dat je de wereld naar je hand kunt zetten. Dan bel je vanaf de achterbak van een auto met makelaar Cor van Zadelhoff en vraag je of de Rembrandttoren het nieuwe hoofdkantoor van Philips kan worden. En dan is het tijdens dat autoritje al zo goed als geregeld.
Het is spannend om te lezen hoe Manfred Boonstra het vuur aan de schenen probeert te leggen. Hoe hij Boonstra zo aanspreekt dat die toch een soort van verantwoording aflegt. Al dat geld, kan een mens dat waard zijn, vraagt hij. En dat zijn natuurlijk de kernvragen die wij als klootjesvolk ook regelmatig naar de tv roepen wanneer de bonuscultuur of de bankencrisis weer eens voorbij komt in het journaal.
Het is al met al een heerlijk leesbaar Kijkje in de ziel van een CEO, een portret van een van de belangrijkste zakenmensen van ons land van de afgelopen 40 jaar. Het is een geslaagd portret, ook omdat heel duidelijk is beschreven hoe het tot stand is gekomen. Het is een mooi boek om te lezen maar wel een boek van een āfanā. Een paar pijnlijke hoofdstukken uit het leven en de carriĆØre van Boonstra worden wel benoemd, maar niet verder uitgewerkt. Mooi hoor, die les over het belang van een sterk thuisfront maar toch iets minder geloofwaardig als ik denk aan zijn relatie met Sylvia Toth en de ontvoering van Hansje Boonstra. Maar omdat ik daar de details niet van kan weten, zal ik het met de theoretische wijsheid van de lessen uit het leven van Cor Boonstra moeten doen.
Boonstra. 19 lessen uit het leven van Nederlands meest dwarse CEO
Manfred Bik
Business Contact
ISBN 9789047009283
Verschenen in april 2016
Bestelinformatie
Koop bij Athenaeum Boekhandel
Bestel hier als paperback bij Athenaeum Boekhandel (ā¬ 15,00)
Bestel hier als ebook bij Athenaeum Boekhandel (ā¬ 9,99)
Bestel hier als paperbak bij bol.com (ā¬ 24,99))
Bestel hier als E-Book bij bol.com (ā¬ 17,99)