Theresa May werd voor de conservatieven lid van het Lagerhuis toen het helemaal niet hip was om een Tory te zijn. Het was 1997. De conservatieven waren onder leiding van Margaret Thatcher en John Major bijkans 20 jaar aan de macht geweest. De laatste zeven jaren, die onder Major, waren de magere. Op 16 september 1992, Zwarte Woensdag, ging de Britse pond onderuit en stortte het land in een recessie; de partij werd geplaagd door een aantal heuse corruptieschandalen en was sterk verdeeld over Europa. Daarbij legde Labour zijn troef op tafel. Tony Blair, een charismatische partijleider veroverde met zijn onafhankelijke en geëmancipeerde echtgenote Cherie Booth de harten van de Britse kiezers. De Conservatieven leden een verpletterende nederlaag. Ze hielden 178 zetels over in het lagerhuis, tegenover 418 zetels van Labour.
Op het partijcongres van de conservatieven hield Theresa May in 2002 een eigen-schuld-dikke-bult-toespraak. Zij hield haar partijgenoten voor dat ze de ‘nasty party’ waren, waarin de gewone Brit zich niet meer herkende. Die stemde liever op een televisieprogramma dan een politieke partij. (Het Verenigd Koninkrijk had ook Idols). May verklaarde zich solidair met Tony Blair en zijn onvoorwaardelijke steun aan de Verenigde Staten na 9/11. Blair was bereid met de VS voorop te gaan in de multinationale troepenmacht tegen Irak, ter bestrijding van de massavernietigingswapens die daar aanwezig zouden zijn.
Theresa May was een ietwat verlegen domineesdochter, opgegroeid in Oxfordshire, die zich in het seksistische mannenbolwerk van de Tories sterk maakte voor een grotere deelname van vrouwen aan de conservatieve zaak. Die Women2Win campagne kende een bescheiden succes. In 1997 telde het Lagerhuis 13 conservatieve vrouwen, in 2005 waren dat er 68. Het waren de jongeren die de conservatieve partij van zijn stoffige imago moesten ontdoen. David Cameron, tien jaar jonger dan Theresa May, nam het roer over Michael Howard.
George Osbone maakte zich in de coalitieregering van David Cameron met de liberalen van Nick Clegg sterk voor een ministerschap van Theresa May. Ze kreeg de Home Office, het departement dat belast is met de binnenlandse veiligheid, contraterrorisme, politie, en dergelijke. Het klikte niet tussen May en de jonge honden (Osborne is van het bouwjaar 1971). Prince beschrijft een ministerraad uit 2012, waarin een furieuze Osborne May de oren wast over haar restrictieve douanebeleid. Een Chinese zakenman met een grote zak geld had uren vastgezeten op Heathrow en maakte rechtsomkeer. Ze onderging de vernedering in stille woede. Partijgenoot Eric Pickles grapt dat de verhouding van May met de ‘Cameroons’ gebaseerd was op begrip en vertrouwen. “They didn’t understand her and she didn’t trust them.” Coalitiepartner David Laws van de Liberal Democrats klapt uit de school:
“She wasn’t ‘one of the boys’ and wasn’t treated as such. Indeed, there was a distrinct frostiness between her and Cameron, Osborne, Gove and their inner circle – which I never once saw melt away.”
Toen Cameron zijn eclatante verkiezingsoverwinning van 2015 tot inzet maakte van een referendum over het Britse lidmaatschap van de Europese Unie verklaarde May zich uit solidariteit voor haar partijleider tot een Remainer, maar dat ging bepaald niet van harte. Ze was onzichtbaar in de pro-Europacampagne, “Submarine May”, iemand die – tot grote frustatie en woede van de jonge garde – onderdook als het erop aankwam.
The rest is history. Op 23 juni 2016 koos 52% van de Britse bevolking voor de Brexit, bood Cameron een dag later zijn ontslag aan, won May de strijd om het leiderschap van de conservatieve partij en trad zij op 13 juli aan als prime minister. George Osborne hoopte op een ministerschap, bij voorkeur dat van Buitenlandse zaken.
Hij werd nog dezelfde dag ontslagen.
Theresa May. The Enigmatic Prime Minister
Rosa Prince
Biteback Publishing
ISBN 9781785901454
Verschenen in februari 2017
Bestelinformatie
Bestel hier als hardcover bij Athenaeum Boekhandel (€ 27,50)