Na het verschijnen van een advertentie in het Nieuw Israëlitisch Weekblad in december 2014, geplaatst door The Conference on Jewish Material Claims Against Germany, wisten een paar familieleden zich ineens vaag te herinneren dat hun grootvader Isay Rottenberg in de dertiger jaren een fabriek in Duitsland bezat die hem door het nazibewind werd afgenomen.
Kleindochters Hella Rottenberg, journaliste, en haar nicht, radiomaker Sandra Rottenberg, wisten van niets. Nooit van gehoord, binnen de familie werd hier niet over gesproken. Omdat de deadline voor het indienen van zo’n claim heel dichtbij was, besloten ze het uit te zoeken. Op de site van de Claims Conference vonden ze de naam van hun opa en zelfs het adres van de fabriek: Deutsche Zigarren-Werke in een middelgroot stadje, Döbeln, niet ver van Dresden (voormalig Oost-Duitsland).
Al heel vroeg tijdens hun uitgebreide zoektocht dook bij de twee nichtjes de vraag op: Wat deed onze opa in Duitsland in de tijd dat de nazi’s de macht overnamen en de Jodenvervolging met rasse schreden op gang kwam? Binnen twee jaar leverde dit niet alleen een radiodocumentaire Niet bang te krijgen op, maar ook dit boek: De Sigarenfabriek van Isay Rottenberg. De verborgen geschiedenis van een joodse Amsterdammer in nazi-Duitsland.
Het boek is vlot en met ervaren journalistieke hand geschreven. De auteurs benaderen hun onderwerp met open nieuwsgierigheid, zoekend en speurend. Zonder verwijt of oordeel en zo neutraal mogelijk. Soms met verwondering en verontrusting maar ook met liefde voor de opa die zij eens kenden.
Het is een verhaal van verzet en vreemde koppigheid tegen alle tekenen der tijden in. En het is een verslag vol vraagtekens en veel hoofdschudden aan de kant van de schrijfsters en aan de kant van de lezer natuurlijk ook. Wat bezielde deze man? Wat dreef hem? Hoe ver zou hij gaan? Met wie en aan wat werkte hij mee, met wie zat hij om de tafel en waarom liet hij zich soms gewoon gebruiken? Was dat alleen maar om zijn doel te bereiken of zijn fabriek te redden?
Zelfs als hij in 1935 op grond van valse beschuldigingen in een strafproces verwikkeld raakt, in de gevangenis terechtkomt en zijn fabriek door malafide praktijken van de Deutsche Bank onteigend wordt, en zelfs wanneer hij daarna door de interventie van de Nederlandse consul uit de gevangenis vrijgelaten wordt, keert hij na een kort bezoek aan Amsterdam en zijn familie meteen weer terug naar Duitsland. Waarom doet hij dat? Waarom gaat hij met zijn gezin op vakantie in Duitsland en doet de familie nog bijna al hun grote aankopen en boodschappen over de grens in Berlijn?
Drie verhalen
Zo ontstaat een kleine biografie van Isay Rottenberg (1889-1971), geboren in Łódź in de Russische zone van het toenmalige opgedeelde Polen. In 1907, om aan de dienstplicht in Rusland te ontkomen, verhuisde hij naar Berlijn maar kwam al in 1910 in Amsterdam terecht. Hij zou er trouwen, kinderen krijgen en het Nederlandse burgerschap verwerven – een paspoort dat hem later deels zou beschermen. Ook zou hij een behoorlijk fortuin opbouwen dat hij, ondanks harde klappen door de beurskrach van 1929, met hulp van de schoonfamilie redelijk intact houdt. Rottenberg blijft in Nederland wonen, er wordt gezegd dat zijn vrouw Lena niet naar Duitsland wilde, maar hij besteedt een paar jaar later wel een enorm bedrag aan het opkopen van een fabriek in de deelstaat Saksen. Vanaf dan reist hij regelmatig heen en weer tussen Amsterdam, Dresden en Döbeln.
Pas in 1942, toen de razzia’s steeds maar toenamen, vluchtte hij met vrouw en dochter hals over kop naar Zwitserland, om er na de oorlog weer terug keren. En daar werd hij de vertrouwde en gulle opa die de kleinkinderen zich zo goed herinneren.
Maar dit is niet het enige verhaal. Tezelfdertijd is het ook de geschiedenis van de sigarenfabriek die hij overnam van Salomon Krenter, die dezelfde Oost-Joodse wortels had als Isay Rottenberg. Een man die vanaf 1930 de sigarenwereld tot ver over de grenzen van Duitsland op zijn kop zou zetten maar failliet ging in 1932.
Het was niet zomaar een fabriek maar een van de modernste in heel Europa. Uitgerust met peperdure machines uit Amerika die het proces van ‘sigaren een voor een met de hand rollen’, overnamen. Krenter schreef ‘sigarengeschiedenis’ met zijn nieuwe methoden, nieuwe vormen van reclame en zelfs met een ‘nieuw’ product. Deze modernisering lokte alleen maar fel protest en tegenwerking uit bij de concurrenten. Een probleem dat Rottenberg erfde en waarbij hij felle kritiek kreeg toen hij het ook nog als buitenlander durfde te wagen het woord Deutsche aan de nieuwe naam van de fabriek toe te voegen.
Het derde verhaal is het tijdsbeeld waarin zich dit allemaal afspeelt. De vroege jaren dertig in een deels minder op de voorgrond springende deelstaat Saksen en een relatief minder bekend industrieel stadje, Döbeln. Niet München, niet Berlijn, maar gewoon Duitsland. Zes maanden nadat Rottenberg de fabriek overneemt, komt Hitler aan de macht. Terwijl veel Duitsers denken dat alles wel mee zal vallen (Isay waarschijnlijk ook) verandert er van alles. Stap voor stap nemen de nationaalsocialisten op alle fronten, maar vooral in het lokaal bestuur, de touwtjes in handen. Döbeln was eerder een nogal ‘rood’ stadje waar de communistisch gezinde vakbonden wel wat te zeggen hadden. Binnen de kortste keren worden ze buiten spel gezet.
Hoe snel en vooral hoe pragmatisch de nazi’s dat doen is schrikwekkend. Maar ook merkwaardig is de sluipende normalisering van dat proces en hoe dat allemaal zwijgend aanvaard wordt. Ook door hen die niet pro-Hitler zijn. De praktische deals die er gemaakt worden. Het schuiven en schaken aan alle kanten – door goede en minder goede Duitsers.
Hoe dat gebeurt, wat voor invloed dat heeft op het bestaan van de sigarenfabriek en Rottenbergs opstelling is belangrijk. Zijn kleindochters beschrijven het 85 jaar later zo:
“ De sigarenfabriek kan op volle toeren gaan draaien.
Hier zien we onze grootvader voor het eerste als ondernemer in actie. De manier waarop hij de concurrenten buitenspel zet en de gemeente dwingt tot een besluit! Zo deed hij dat dus; als een schaker het speelveld overzien, zijn zetten bepalen en dan snel handelen om de overwinning te verzekeren. De kans die hij in Döbeln zag liet hij zich niet meer ontglippen”
De sigarenfabriek van Isay Rottenberg is meer dan het lezen waard; het boek is ook meer dan het delen van een pijnlijke familiegeschiedenis.
Er zit een ongemakkelijke herkenning in de beschrijving van het Duitsland van de jaren dertig. De kreten, de eisen, de waarden en het blameren van een uitverkozen zondebok, vooral als het over economie, arbeid en culturele identiteit gaat. Wat Isay Rottenberg in de dertiger jaren overkomt kan ons allen overkomen, en ook wij kunnen vandaag bewust en onbewust daaraan mee- of tegenwerken. Het is een belangrijk boek. Het sluit heel voorzichtig en subtiel, een waardevolle waarschuwing in.
Dichter bij een antwoord?
Dikwijls zijn verhalen over het leven en overleven van Joden in de jaren voor en tijdens de oorlog in Duitsland een verschrikking, diep ontstellend maar ook aangrijpend, met zeer ontroerende momenten. Zo gaat het in dit boek dus eigenlijk niet. Het is zakelijker, letterlijk bij tijden. Er is maar een werkelijk ontroerend moment, waarbij de lezer ineenkrimpt, met alle begrip en medeleven.
Wanneer in een relatief laat stadium, in 1942 in Nederland, Isay Rottenberg met zijn vrouw Lena en hun dochter Tini (hun zonen zijn door hun vader al lang het land uitgestuurd) “onvoorbereid en in paniek” op de vlucht slaan naar Zwitserland en de koppige opa, zo schrijven zijn kleinkinderen, de controle over alles om hem heen verliest, stort hij in. Hij raakt zijn “besluitvaardigheid en onbevreesdheid” helemaal kwijt en.. “Toen nam onze grootmoeder het heft in handen.”
Er wordt snel overheen geschreven, want één zin later staat er weer: “In Zwitserland hervond hij zijn oude zelf”, maar deze enkele woorden zeggen heel veel. Plotseling geloof je in Isay als kwetsbare mens en niet meer alleen als koppige dwarse zakenman.
Het wordt niet echt duidelijk of de twee kleinkinderen Hella en Sandra voor zichzelf het antwoord vinden op hun oorspronkelijke vraag: Wat deed opa in Duitsland? De vraag die in de loop van het boek eigenlijk verandert in: Waarom deed hij dit? Er wordt gespeculeerd (en ook soms zonder echt bewijs veel aangenomen) maar ze blijven twijfelen. Bij de derde generatie van zoveel jaar later ontstaat er wel een soort begrip waarom er in de familie nooit over gesproken werd en waarom zij er als kleinkinderen niets van wisten.
In hun eigen slotwoorden:
“Waarom hij altijd had gezwegen over de Deutsche Zigaren-Werken, daarnaar kunnen we ook nu slechts gissen. Misschien zag hij achteraf in dat hij zich grotelijks had vergist door in 1932 een Fabriek in Duitsland te kopen en wilde hij er niet aan worden herinnerd … Het verleden overschaduwd door de moord op zijn naasten, was voor hem te pijnlijk. Liever dan achterom keek hij vooruit. Voorwaarts en veel vergeten.”
De sigarenfabriek van Isay Rottenberg. De verborgen geschiedenis van een joodse Amsterdammer in nazi-Duitsland.
Sandra en Hella Rottenberg
Uitgeverij Atlas Contact
ISBN 9789045031026
Verschenen in oktober 2017
Bestelinformatie
Bestel hier als paperback bij Athenaeum Boekhandel (€ 21,99)
Bestel hier als ebook bij Athenaeum Boekhandel (€ 14,99)
Bestel hier als paperback bij bol.com (€ 21,99)
Bestel hier als ebook bij bol.com (€ 14,99)