Afgelopen woensdag 24 mei is tijdens een zitting van de rechtbank van Nanterre duidelijk geworden welke passages de Franse premier Elisabeth Borne wegens inbreuk op haar privacy uit de biografie geschrapt wil zien die recentelijk van haar is verschenen.
Het gaat om zo’n tweehonderd regels in het boek La Secrète, geschreven door Bérengère Bonte, die zich volgens de premier schuldig maakt aan wat de Fransen ‘la pipolisation’ noemen: het leven van politici behandelen alsof ze onderdeel van de showbizz zijn.
Voor de rechter verschenen alleen de advocaten van beide partijen. Bontes advocaat Olivier d’Antin wist te melden dat ‘het Europese Hof voor de Mensenrechter geoordeeld heeft dat er met het privéleven van een politieke man of vrouw soepeler omgegaan moet worden dan met dat van een onbekende persoon’.
Premier Borne, die onlangs verklaarde de biografie niet zelf gelezen te hebben, heeft bezwaar tegen de passages waarin zij kotsend boven een toilet wordt beschreven, omdat ze aan anorexia zou hebben geleden. Zij ontkent dat, evenals de in de biografie besproken geruchten dat ze lesbisch zou zijn. Haar advocaat Emilie Sudre zei tegen de aanwezige journalisten: ‘Biografen behoren niet op de wc en in de slaapkamer rond te snuffelen.’
Borne gaat eigenlijk verder en eist ‘het recht op zwijgen over haar privéleven’ op. Ze verzet zich tegen ‘de tirannie van de transparantie’ in de media. Blijkbaar heeft ze tijdens twee interviews met de journaliste niet op alle vragen willen antwoorden.
Zo heeft ze nooit de naam genoemd van de man die haar huidige levensgezel is, Patrice Obert, bekend geworden door zijn activisme tegen het homohuwelijk, draagmoederschap en adoptie door stellen van hetzelfde geslacht. Een beetje pijnlijk is wel dat Obert heeft laten weten een geregistreerd partnerschap met een andere vrouw te hebben. Advocaat Sudre liet weten dat Borne er geen moeite mee heeft dat de identiteit van de man is onthuld maar wel dat de journaliste ‘door ondeugdelijk onderzoek geruchten geloofwaardig maakt’. Dat komt dichtbij lasterlijke en onfrisse geruchten alleen maar noemen zonder verder commentaar van een biograaf.
Advocaat d’Antin verdedigde de journaliste als ‘serieus’ en meende uiteraard dat de rechtszaak een poging tot ‘censuur’ is. ‘Het is de eer van een journalist te na om gedienstig te zijn,’ oreerde hij.
Rond 30 juni wordt het oordeel van de rechter verwacht. Het lijkt nog geen gelopen race.
Het recht op ‘privacy’ komt voort uit de vroeger ondernomen en wettelijk vastgelegde scheiding tussen kerk en staat, die tussen privé en publiek. Niemand mocht zich meer dwingend bemoeien met het privé-leven van anderen, wat zij dachten, deden en geloofden – tenzij er sprake was van een misdaad natuurlijk.
Tegenwoordig: wie zich er toch mee wil bemoeien, moet een privé-leven eerst uitpluizen. Dat doen sommige media dus, uit naam van het recht op informatie t.b.v. het publiek. Moeten biografen alles links laten liggen wat privé, of te privé is, zelfs als het verklarende waarde heeft voor publieke zaken? Vind ik toch een moeilijke vraag.