Melati van Java. De ambivalente ambities van een vergeten schrijfster

Bij bekende Nederlands-Indische schrijvers denken veel mensen meteen aan Multatuli, , dan heel lang niks en dan komen de namen van Louis Couperus, Hella Haasse en Rudy Kousbroek boven. Het Indische gedeelte is om de een of andere reden weggevallen. Dat alles natuurlijk afhankelijk van leeftijd, opleiding en achtergrond van de lezer.

Niemand denkt aan Marie Sloot, ook bekend als Mathilde en Melati van Java.
Vilan van der Loo, afgestudeerd in de Indische Letterkunde, schreef al in 2002 het stuk: ‘”Eene der meest begaafde vrouwen”. Melati van Java (1853-1927)’, in het blad Indische Letteren. In 2009 volgde een boekje voor het Tropeninstituut met de titel Het geheugen van Indië, fragmenten uit tien prachtige damesromans.
Ongetwijfeld is ze toen gestuit op de vergeten werken als De familie van den resident en Angelina’s Beloften.
Van der Loo besloot, ervan overtuigd dat Marie Sloot een groot en gewild schrijver van haar tijd was, haar proefschrift te wijden aan deze vergeten chroniqueur van ‘ons Indië’. Dus is er nu de biografie Melati van Java, dochter van Indië.

De handelseditie van een proefschrift blijft vaak een proefschrift waarin je om de noten heen moeten lezen en worstelt met een taalgebruik waarvoor je zelf ook afgestudeerd moet zijn. Dat is gelukkig niet het geval bij deze biografie, die is uitgegeven door de Stichting Tong Tong. Dat is de uitgeeftak van de stichting die ook de Tong Tong Fair, vroeger de Pasar Malam Besar, in Den Haag organiseert.

Het verhaal van deze biografie begint met een uitgebreide beschrijving van de familieachtergrond van Marie Sloot. Goed leesbaar, als je jezelf tenminste niet vastpint op chronologie in het verhaal. Die is er in de grote verhaallijn wel maar af en toe raak je binnen de hoofdstukken de draad even kwijt.

Marie Sloot groeide op in een rooms-katholiek onderwijzersgezin op Java. Ze was de oudste in een gezin met drie kinderen. In 1866, ze is dan 13, gaat Marie naar de zuster Ursulinen, een rooms-katholieke kloosterschool.
Twee jaar eerder, toen ze met haar ouders in Nederland ging wonen, was ze drie maanden naar de nonnenschool van de zusters van Pius gegaan. Daar werd haar, zoals de meeste meisjes uit de hogere klassen in die tijd, geleerd te handwerken en een goede huisvrouw te zijn. Het verhaal gaat dat ze wegens ‘ een zwakke gezondheid’ al snel door moeder thuis onderwezen werd. Waarschijnlijker is, zo lees ik, dat haar sterke wil tot heftige episodes van schoolziekte hebben geleid. Bij de zusters Ursulinen op Buitenzorg, weer terug in Indië, gaat het er heel anders aan toe. Marie ziet en leert dat er ook vrouwen zijn die niet getrouwd zijn, zichzelf mogen ontwikkelen en voor zichzelf kunnen zorgen. Ook al zijn die vrouwen ‘getrouwd met de Heer’.

Op haar achttiende verhuist de familie Sloot definitief naar Nederland. Maries oma Philothea Saija, van wie ze haar Chinees-Indische uiterlijk heeft, gaat mee naar Nederland maar overlijdt vrij snel. Van Den Haag verhuist de familie naar Roermond en er volgt een onderdompeling in het uiterst katholieke leven aldaar.
Het is in deze omgeving dat ze de eerste schreden op het schrijverspad zet.
Omringd door een verenigingsleven van kerk en school, en een paar literaire genootschappen waarvan ook schrijver Alberdink Thijm deel uitmaakt, probeert ze te doen wat ze het liefste wil: schrijven.
Dus schrijft ze onder het pseudoniem Mathilde verhalen over het katholieke leven van de vrouw. Pater Bernard van Meurs besluit haar verhalen, ze heeft een kist vol schriften mee uit Indië genomen, te publiceren in Katholieke Illustratie.
Na de dood van haar moeder schrijft ze onder het pseudoniem Melati van Java De jonkvrouw van Groenenrode, waarin het leven van Indische meisjes en vrouwen de centraal staat. Er is in die tijd veel aandacht voor boeken uit De Oost.
Melati van Java wordt populair bij een groot deel van de lezende Nederlanders want ze schrijft tenminste ‘netjes’, en niet ‘opruiend’ zoals Mina Kruseman, die ook in Indië was opgegroeid. Kruseman schreef Een huwelijk in Indië. Het boek is een aanklacht tegen het huwelijk waarin de vrouw een ondergeschikte positie ten opzichte van de man innam.

Het gezin Sloot. Van Links naar rechts: Christine, Louise, Nico, Carel en Marie

Vanwege de uitgesproken katholieke signatuur van ‘Melati van Java’ is de belangstelling voor het werk van Marie Sloot uiteindelijk verwaterd. Of was het ook misschien vanwege de, op zijn zachtst gezegd, ambivalente houding tegenover de rol van de vrouw dat haar aanhang afbrokkelde?
Tijdens de eerste Nationale Tentoonstelling van Vrouwenarbeid in 1898 schrijft ze onder een ander pseudoniem N3 het volgende: “Men kan geen twee heren dienen! Een vrouw moet kiezen. Wil zij onafhankelijk door het leven gaan en zelf in haar onderhoud voorzien, dan blijve zij ongehuwd. Wanneer zij trouwt dan behoort zij in de eerste plaats aan haar man, haar kinderen en haar huishouden.”

Tsja, als ik dan met hedendaagse ogen lees dat Marie samenwoonde met haar nicht Lina, dat ze samen een huishouden runden waarin Marie schreef en de centen binnenbracht en Lina het huishouden deed, dan bekruipt mij toch ook enige recalcitrantie. Maar ja, het waren andere tijden.

Dit citaat haalde ik uit de familiekroniek van de familie Kortenhorst (Lina’s kant van de familie):
“ Ze waren buiten elkaar niet denkbaar en ze apprecieerden elkaar zonder dat zij zich aan wederzijdsche vriendelijkheden te buiten gingen. Mijn broers en ik, we kunnen ons onze jeugd niet denken zonder onze beide goede, hartelijke – maar ook critiseerende en berispende – tantes. Vooral na den dood van onzen vader, toen ons gezin in de Verhulststraat en de tantes vlak in de buurt in de Banstraat en later in de van Baerlestraat woonden, hebben we feitelijk drie moeders gekend. Ze hadden volkomen het recht om zich met al ons doen en laten te bemoeien en dat deden ze dan ook.”

Marie richt haar leven in zoals zij het graag hebben wil is daarmee vooruitstrevender dan ze met haar geschriften wil laten merken. Als een van de eerste vrouwen werd ze toegelaten tot de prestigieuze Maatschappij der Nederlandse Letterkunde.
In Amsterdam verkeert ze in kringen van schrijvers, acteurs en schilders. Jan Toorop en Theo Mann-Bouwmeester.
En Marie en Lina zijn heel erg actief in het sociaal-maatschappelijk werk dat in opkomst is. Marie Sloot was bestuurslid van de RK Kunstenaarskring De Violier, medeoprichtster van de Katholieke Vrouwenvereniging en bestuurslid van de Internationale RK Vereniging Ter Bescherming van Jonge Meisjes.

Marie Sloot, Melati van Java, werd 73 jaar en liet een oeuvre achter van ruim zeventig boeken. Geschreven onder meerdere pseudoniemen, want ook achter de boeken van Max van Ravestein bleek veelschrijver Marie Sloot schuil te gaan.

Sinds 2002 heeft Melati een eigen fanclub, gerund door Vilan van der Loo. Voor wie haar of zijn eigen oordeel over de geschiedenis, in dit geval die van Indische Literatuur, wil kunnen vellen: http://www.melativanjava.nl/.

Dochter van Indië. Melati van Java (1853-1927)
Auteur Vilan van de Loo
Vormgeving: Sabrina Luthjens
ISBN 9789078847007
Verschenen in oktober 2016

Bestelinformatie

Bestel als paperback bij Stichting Tong Tong.

Martine van Poeteren
Martine van Poeteren
Martine van Poeteren is journalist en werkzaam voor de KRO-NCRV. Ze is directeur/eigenaar van M4 Producties en sinds december 2016 hoofdredacteur van Biografieportaal. Naast lezen en schrijven is beeldhouwen een passie. Momenteel werkt ze aan een biografie van Afra Geiger.

Fijn als je dit artikel met anderen deelt:

Lees ook...

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Vul alstublieft uw commentaar in!
Vul hier uw naam in